Veiligheidsaanwijzingen (MDR60A1320-503-00)
10
Algemene aanwijzingen
10.1.5 Leiding- en overgangsweerstanden
98
De gegevens over de stroombelastbaarheid van leidingen hebben betrekking op de
gewoonlijk gebruikte koperen geleiders. Wegens de hogere specifieke weerstand
moeten voor aluminium geleiders grotere doorsneden worden gebruikt.
Let er bij beide soorten geleiders (koper en aluminium) op dat de verbindingen van de
geleider indien mogelijk laagohmig worden uitgevoerd en dat het aantal verbindingen
beperkt blijft tot het hoogst noodzakelijke.
Zoals weergegeven in de volgende afbeelding kunnen te veel of te hoogohmige aan-
sluitklemmen (D U) tot een ontoelaatbaar spanningsverlies in het aandrijfproces en een
ontoelaatbare spanningsverhoging in het terugvoedingsproces leiden.
ΔU ΔU ΔU ΔU ΔU ΔU ΔU
[1]
Uitgaande van een stabiele netvoeding [1] van bijv. 400 V nominale spanning, waarin
een terugvoedstroom van 80 A vloeit, treedt er bij een slecht uitgevoerde aansluitklem
van 100 mΩ een spanningsverlies van 8 V op. Een goed uitgevoerde aansluitklem heeft
een overgangsweerstand van ca. 1 mΩ. Bij zeven aansluitklemmen ontstaat zo op de
netschakelaar een spanning van 456 V bij het terugvoeden.
LET OP!
Overspanningen kunnen de aangesloten applicatieregelaars [2] en/of de nette-
rugvoeding en de andere belastingen beschadigen.
I
MDR
®
MOVIDRIVE
[2]
M
1877091339
Technische handleiding – MOVIDRIVE
®
MDR60A/61B