5
Elektrische installatie
Installatieplanning vanuit EMC-optiek
5.2.1
Potentiaalvereffening
5.2.2
Datakabels en 24V-voeding
5.2.3
Verbinding tussen MOVIFIT
5.2.4
Kabelafschermingen
44
Technische handleiding – MOVIFIT
Zorg, onafhankelijk van de aardaansluiting voor een laagohmige,
HF-conforme potentiaalvereffening (zie EN 60204-1 of DIN VDE 0100-540):
•
Maak een vlakke verbinding van het
MOVIFIT
®
-montageframe met de installatie
(onbehandelde, niet-gelakt, niet-gecoat mon-
tagevlak).
•
Plaats daarvoor een aardingsband (HF-
draad) tussen MOVIFIT
de installatie.
[1] Vlakke, geleidende verbinding tussen
MOVIFIT
®
-apparaat en montageplaat
[2] PE-geleider in de nettoevoer
[3] 2e PE-geleider via aparte klemmen
[4] EMC-conforme potentiaalvereffening bijv.
via aardingsband (HF-draad)
•
Gebruik de kabelafscherming van datakabels niet voor de potentiaalvereffening.
Leg de datakabels en 24V-voeding gescheiden van kabels die gevoelig zijn voor sto-
ringen (bijv. stuurstroomkabels van magneetkleppen, motorkabels).
®
en motor
Gebruik voor de verbinding tussen MOVIFIT
SEW-EURODRIVE.
•
moeten goede EMC-eigenschappen hebben (hoge schermdemping)
•
mogen niet alleen bedoeld zijn als mechanische bescherming van de kabel
•
moeten aan de kabeleinden met een groot oppervlak verbonden worden met de
metalen behuizing van het apparaat (zie hoofdstuk "Standaard ABOX .." > "Aanvul-
lende installatievoorschriften" > "Aansluiting PROFIBUS-kabel" (→ 2 62) en
hoofdstuk "Aansluiting van de hybride kabel" (→ 2 63)).
®
-FC
®
en het aardpunt van
®
en de motor alleen hybride kabels van
[1]
[4]
[3]
[2]
9007200851970059