RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS
Panoramadak* bedienen
Het panoramadak en het zonnescherm zijn te
bedienen met een bedieningsknop aan het pla-
fond en zijn allebei voorzien van een inklembe-
veiliging.
WAARSCHUWING
Kinderen, andere passagiers of voorwerpen
kunnen bekneld raken door bewegende
delen.
Let altijd op bij bediening van ruiten.
•
Laat kinderen niet met de bedieningsele-
•
menten spelen.
Laat kinderen nooit alleen achter in de
•
auto.
Onderbreek altijd de stroom voor de ruit-
•
bediening door het elektrische systeem
van de auto in contactslotstand 0 te zet-
ten en neem vervolgens de transponder-
sleutel mee uit de auto.
Steek geen voorwerpen of lichaamsdelen
•
via de ruiten naar buiten, ook al is het
elektrische systeem van de auto volledig
uitgeschakeld.
De comfortstand is een stand waarbij het dak zover geopend is dat rijwind- en resonantiegeluiden op een aangenaam laag niveau liggen.
4
164
BELANGRIJK
Open het panoramadak niet, wanneer
•
lastdragers zijn gemonteerd.
Leg geen zware voorwerpen boven op
•
het panoramadak.
BELANGRIJK
Verwijder sneeuw en ijs van het panora-
•
madak alvorens het te openen. Wees
voorzichtig om krassen op oppervlakken
of schade aan lijsten tegen te gaan.
Bedien het panoramadak niet, als het
•
vastgevroren is.
Om het panoramadak en het zonnescherm te
kunnen bedienen moet het elektrische systeem
van de auto in contactslotstand I of II staan.
Bediening is tevens mogelijk met behulp van de
transpondersleutel of passieve opening* via de
portiergreep.
WAARSCHUWING
Let erop dat kinderen of andere inzittenden
niet bekneld raken, wanneer u alle ruiten
tegelijkertijd sluit via de transpondersleutel of
de functie passief openen* met de portier-
greep.
BELANGRIJK
Controleer of het panoramadak bij sluiten
goed vergrendelt.
Het dak komt tot stilstand, als u bij handmatige
bediening de bedieningsknop loslaat of als het
4
glas de comfortstand
heeft bereikt of maximaal
geopend of gesloten is. De beweging van het
panoramadak en het zonnescherm wordt even-
eens onderbroken, als u een tegengesteld com-
mando geeft met de bedieningsknop aan het pla-
fond.
Het panoramadak en het zonnescherm zijn ook
voorzien van een inklembeveiliging. Bij problemen
met de inklembeveiliging kunt u een resetproce-
dure proberen.
N.B.
Bij handmatige opening is het panoramadak
pas te openen, wanneer het zonnescherm
volledig geopend is. Bij de omgekeerde pro-
cedure moet het panoramadak eerst volledig
dichtstaan, voordat het zonnescherm hele-
maal kan worden gesloten.
N.B.
De ruiten zijn bij lage temperaturen mogelijk
niet te bedienen.
* Optie/accessoire.