Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Motorbeveiliging; Inschakelwijzen; Na Het Inschakelen - Homa H 842 Originele Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Beschikbare talen

Beschikbare talen

5.8. Motorbeveiliging

De minimale eis is een thermisch relais/motorbeveiliging-
schakelaar met temperatuurcompensatie, differentiaaluit-
schakeling en blokkering tegen herinschakeling volgens
VDE 0660 resp. overeenkomstige nationale voorschriften.
Worden de machines aangesloten op stroomnetten waar-
in regelmatig storingen optreden, dan adviseren wij extra
beveiligingssystemen in te bouwen (bijv. overspannings-,
onderspannings- of faseuitvalrelais, bliksembeveiliging,
etc.). Bij het aansluiten van de machine moeten de plaat-
selijke en wettelijke voorschriften worden nageleefd.
Eenfasemotor
De pompen met 230 V/eenfasemotoren hebben stan-
daard een aansluitkabel en moeten worden aangesloten
op een schakeltoestel.
Het schakeltoestel moet naargelang pomptype zijn uit-
gerust met verschillende bedrijfscondensatoren en is als
toebehoren verkrijgbaar.
Driefasenmotoren
Pompen met driefasenmotoren hebben standaard een
aansluitkabel en moeten worden aangesloten op een
schakeltoestel met motorbeveiligingschakelaar. Bij toe-
passing van andere schakeltoestellen moet bij de configu-
ratie van de motorbeveiligingschakelaar worden gelet op
de nominale stroom van de motor (zie typeplaatje).

5.9. Inschakelwijzen

Inschakelwijzen met stekker/schakeltoestel
Stekker in de daartoe bestemde contactdoos steken en
de in-/uitschakelaar op het schakeltoestel bedienen. Pomp
op het schakeltoestel in gewenste bedrijfswijze in bedrijf
stellen (handmatig continu bedrijf of niveauafhankelijk
automatisch bedrijf). Uitvoeringen zonder vlotterschake-
ling beginnen onmiddellijk te pompen. Uitvoeringen met
vlotterschakelaar worden afhankelijk van het vloeistofpeil
automatisch in- of uitgeschakeld. Voor het bedrijf zonder
niveauafhankelijke schakeling de keuzeschakelaar op het
schakeltoestel in stand „Hand" zetten. Nadat de pomp
het medium heeft weggepompt, de keuzeschakelaar
weer in stand "Auto" zetten.

5.9.1. Na het inschakelen

De nominale stroom wordt bij het opstartproces geduren-
de korte tijd overschreden. Na beëindiging van dit proces
mag de bedrijfsstroom de nominale stroom niet meer
overschrijden. Wanneer de motor na het inschakelen niet
meteen start, moet de machine onmiddellijk worden uit-
geschakeld. Voordat er een nieuwe inschakeling plaats-
vindt, moeten de schakelpauzes volgens de Technische
gegevens worden aangehouden. Als de storing zich op-
nieuw voordoet, moet de machine onmiddellijk weer wor-
den uitgeschakeld. Een nieuwe inschakelpoging mag pas
worden gestart als de fout is verholpen.
De volgende punten moeten worden gecontroleerd:
Bedrijfsspanning (toegestane afwijking +/- 5% van de
nominale spanning)
Frequentie (toegestane afwijking -2% van de nomina-
le frequentie)
Stroomverbruik (toegestane afwijking tussen de fa-
sen max. 5%)
Schakelfrequentie en -pauzes (zie Technische gege-
vens)
Binnendringen van lucht bij de toevoer, evt. moet er
een stootplaat worden aangebracht
Minimale afdekking door water, niveauregeling,
droogloopbeveiliging
Rustige loop
Op lekkages controleren, evt. de nodige stappen on-
dernemen volgens hoofdstuk "Onderhoud"
NEDLERLANDS | 43

Advertenties

Hoofdstukken

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

H 844H 846H 847H 862H 863

Inhoudsopgave