5.8.1
Benodigde data
Voor een succesvolle inbedrijfstelling zijn de volgende data nodig:
•
•
•
5.8.2
Inbedrijfstelling activeren
Voorwaarden:
•
Als een kleinere of grotere motor wordt aangesloten (maximaal één typenummer ver-
schil), moet u de waarde selecteren die het dichtst bij het nominale motorvermogen
komt.
De inbedrijfstelling is pas voltooid als u met de OUT-toets naar het niveau van het hoofd-
menu terugkeert.
De inbedrijfstelling kan alleen met motorparameterset 1 worden uitgevoerd.
AANWIJZING!
De inbedrijfstelling van de SEW-motor is ontworpen voor 4-polige motoren. Het kan
zinvol zijn om 2-polige of 6-polige SEW-motoren als niet-SEW-motor in bedrijf te
stellen.
5.8.3
V/f
De standaardinstelling voor de bedrijfssoort is V/f. Gebruik deze bedrijfssoort als er
geen speciale vereisten zijn en bij toepassingen waarbij een hoog maximumtoerental
vereist is.
5.8.4
VFC
U moet de regelaar in de bedrijfssoort VFC of VFC & gelijkstroomremmen in bedrijf
stellen voor:
•
•
•
•
Hiervoor moet u bij de inbedrijfstelling bij het punt P-01 de bedrijfssoort VFC of VFC &
gelijkstroomremmen selecteren.
Technische handleiding V3 – MOVITRAC
Inbedrijfstelling met het programmeerapparaat FBG11B
Motortype (SEW-motor of motor van ander fabrikaat)
Motordata
– nominale spanning en frequentie
– bovendien bij niet-SEW-motoren: nominale stroom, nominaal vermogen, vermo-
gensfactor cos en toerental
Nominale netspanning
Aandrijving "Geen vrijgave": Stop
hoog koppel
continubedrijf bij lage frequenties
nauwkeurige slipcompensatie
dynamischer gedrag
®
B
kVA
Inbedrijfstelling
i
n
5
f
P
Hz
53