3>DI ingangen
17-32
257-272
Zie ook "2.2.2.n.4.6 DI modus" op pagina 81 voor meer informatie.
2.2.2.n.4 DI instelling
4>DI instelling
>>>
De onderstaande DI instellingenmenu's zijn noodzakelijk voor het configureren
van de geselecteerde DI.
Opmerking:
De beschikbare opties zijn afhankelijk van het type DI.
2.2.2.n.4.1 DI naam
1 DI naam
>DI 1
<
Aan de naam van de DI kan de eindgebruiker de DI herkennen.
Bij het aanmaken van een DI wordt een standaardnaam gebruikt "DI <n>",
waarbij <n> het DI-adres is. Open dit menu om de huidige naam te bewerken.
Een DI naam kan uit maximaal 16 tekens bestaan.
2.2.2.n.4.2 Sab gebied
2>Sab gebied
Gebied 1
Met deze optie wordt bepaald welk gebied sabotage- en storingsgebeurtenissen
van een DI ontvangt. Als u dit wilt wijzigen, selecteert u het gebied en drukt u op
Enter.
2.2.2.n.4.3 Blokkeer DI
3 Blokkeer DI
>Nee<
Gebruik de opdracht Blokkeer DI om sabotagemeldingen van de geselecteerde
DI uit te schakelen. De DI blijft operationeel.
2.2.2.n.4.4 Ingang modus
4 Ingang modus
>Dubbellus<
De optie Ingang modus bepaalt de configuratie van de ingangen op de DI. Deze
instelling is gelijk aan de ingang van de centrale, beschreven in menu "8.5.1
Ingang modus" op pagina 161.
Zie "Ingangen-aansluitingen" op pagina 15 voor meer informatie over het EOL-
gebruik.
Advisor Advanced Installatie- en Programmeerhandleiding
79