De gebruiker moet een privilege hebben voor volledige inschakelen om
automatische inschakeling te mogen uitschakelen. Zie "3.2.n.5
Gebruikersgroepopties" op pagina 95 voor meer informatie.
Ingangen
8.5 Ingang opties
1>Ingang modus
Dubbellus
Met dit menu kunt u de inganginvoeren definiëren.
8.5.1 Ingang modus
1 Ingang modus
>Dubbellus<
De ingangmodusoptie bepaalt de configuratie van de zone inputs op de centrale.
De volgende waarden kunnen worden gekozen:
•
Enkel NO: In de enkele ingangsmodus kan de centrale alleen een alarm van
de ingang detecteren. In de Enkel NO ingang modus, word de rust/alarm
status bepaald door de EOL weerstand. Als deze waarde is ingesteld op
"geen EOL" in "8.5.2 EOL-weerstand" zie hieronder, dan is de ruststatus voor
Enkel NO onderbroken.
•
Enkel NC: Identiek aan Enkel NO hierboven, maar als "geen EOL" is gekozen
in "8.5.2 EOL-weerstand" hieronder, dan is de ruststatus van de ingang
kortgesloten.
•
Dubbellus: Voor de dubbelluswerking heeft elke ingang twee of drie EOL-
weerstanden nodig. Zo kan de centrale meerdere ingangsstatussen,
waaronder alarm, sabotage, maskering, enz., detecteren, afhankelijk van het
type aansluiting en de EOL-waarde die is ingesteld in "8.5.2 EOL-weerstand"
hieronder. Zie "Ingangen-aansluitingen" op pagina 15 voor meer informatie
over het EOL-gebruik.
In de dubbellus modus, word een kortsluiting, en een onderbroken status op
de ingang, weergegeven als een sabotage.
Deze instelling is alleen voor centrales. Voor modules, zie "2.2.2.n.4.4 Ingang
modus" op pagina 79.
8.5.2 EOL-weerstand
2 EOL-weerstand
>4k7<
In het menu kunt u de waarden definiëren voor de eindelijnsweerstand. Voor
verschillende invoermodi zijn de volgende waarden beschikbaar: 1k0, 1k5, 2k,
2k2, 2k2+4k7, 3k3, 3k74, 4k7, 5k6, 6k8, 8k2, 10k, Geen EOL.
Beschikbare EOL-waarden zijn afhankelijk van de optie "8.5.1
Opmerking:
Ingang modus" hierboven.
Advisor Advanced Installatie- en Programmeerhandleiding
161