Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Aanbevelingen Voor Het Kiezen Van Motorkabels - Emotron FDU 2.0 Gebruiksaanwijzing

Verberg thumbnails Zie ook voor FDU 2.0:
Inhoudsopgave

Advertenties

PE
DC- DC+
L1
L2
L3
PE
Aansluiting van
motorkabel afscherming
Afb. 19 Netspannings- en motoraansluiting, modellen 061 -
074
Tabel 6
Netspannings- en motoraansluiting
L1,L2,L3
Netvoeding, 3-fase
PE
Veiligheidsaarde (beveiligde aarde)
Motoraarde
Motoruitgang, 3-fase
U, V, W
Remweerstand, tussenkringaansluitingen
(DC-),DC+,R
(optioneel)
LET OP: De aansluitklemmen voor de remweerstand en
de DC koppeling zijn alleen gemonteerd als de DC+/DC--
optie of Remchopperoptie is ingebouwd.
WAARSCHUWING!
De remweerstand moet zijn aangesloten
tussen aansluitklemmen DC+ en R.
WAARSCHUWING!
Om veilig te kunnen werken, moet de aarde
van de netvoeding worden verbonden met
PE en de aarde van de motor met
16
Installatie
W
U
V
R
.
3.2.2 Motorkabels
Om te voldoen aan de EMC-emissienormen is de FO
voorzien van een RFI-netspanningsfilter. De motorkabels
moeten ook zijn afgeschermd en aangesloten aan beide
zijden. Op deze wijze wordt een zogenaamde "Kooi van
Faraday" gevormd rond de FO, de motorkabels en de motor.
De RFI-stromen worden nu teruggeleid naar hun bron (de
IGBT's), zodat het systeem binnen de emissienormen blijft.
Aanbevelingen voor het kiezen van
motorkabels
• Gebruik afgeschermde kabels volgens de specificatie in
table 7. Gebruik een symmetrische, afgeschermde kabel;
drie fasegeleiders en een concentrische of anderszins
symmetrische PE-geleider en een afscherming.
• PE geleider draaddoorsnede voor kabels < 16 mm
gelijk zijn aan de gebruikte fase draden, bij
kabeldoorsnedes groter dan 16 mm
2
gelijk aan 35 mm
moet de PE draaddoorsnede
2
minimaal 16 mm
zijn. Voor kabels met draaddoorsnede
2
> 35 mm
moet de PE draaddoorsnede minimaal 50%
zijn van de gebruikte fase draaddoorsnede.
Indien de PE geleider draaddoorsnede in het gebruikte
kabeltype niet aan bovenstaande draaddoorsnede eisen
voldoet, moet een aparte PE geleider worden gebruikt
om aan deze voorwaarde te voldoen.
• Gebruik hittebestendige kabels, +60C of hoger.
• Dimensioneer de kabels en zekeringen overeenkomstig
de nominale uitgangsstroom van de motor. Zie tabel 51,
pagina 208.
• Houd de motorkabel tussen FO en de motor zo kort
mogelijk.
• De afscherming moet met een groot contactoppervlak
van liefst 360
zijn aangesloten en altijd aan beide
uiteinden, op de motorbehuizing en de FO-behuizing.
Wanneer er gelakte bevestigingsplaten worden gebruikt,
kan de lak worden weggehaald om een zo groot mogelijk
contactoppervlak
bevestigingspunten,
blootgelegde kabelafscherming. Het is niet voldoende
om alleen te vertrouwen op de verbinding die door
middel van de schroefdraad wordt gemaakt.
LET OP: Het is belangrijk dat de motorbehuizing
hetzelfde aardpotentiaal heeft als andere onderdelen
van de machine.
• De litze-aardingsaansluiting, zie Afb. 21, is alleen nodig
als de montageplaat gelakt is. Alle FO's hebben een
ongelakte achterzijde en zijn daarom geschikt voor
montage op een ongelakte montageplaat.
Sluit de motorkabels aan volgens U - U, V - V en W - W, zie
Fig. 17, Fig. 18 en Fig. 19.
LET OP: De klemmen DC-, DC+ en R zijn optioneel.
CG Drives & Automation, 01-5325-03r1
2
maar kleiner of
te
verkrijgen
op
zoals
zadelklemmen
en
2
moet
alle
de

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Vfx 2.0

Inhoudsopgave