3.
Verwijder de peilstok en controleer het oliepeil. Het oliepeil moet tussen de merktekens op de peilstok staan. Voeg zo
nodig olie toe. Zie Vullen.
b
a
Vullen
BELANGRIJK: Vul niet te veel olie bij in de motor.
1.
Verwijder de olievuldop.
c
b
a
2.
Vul de voorgeschreven olie bij om het peil tot, maar niet boven, het merkteken voor maximaal peil op de peilstok te
brengen.
2.8
Motorolie (met filter)
4.2
Motorolie (met filter)
BELANGRIJK: Gebruik altijd de peilstok om de voor het bijvullen van de motorolie vereiste hoeveelheid olie te bepalen
3.
Plaats de olievuldop terug.
Olie verversen en filter vervangen
Gedeelte Onderhoudsschema voor het verversingsinterval. De motorolie moet worden ververst voordat de boot wordt
opgeslagen.
BELANGRIJK: Ververs de motorolie na bedrijf, terwijl de motor nog warm is. Warme olie stroomt beter door en voert
daardoor meer verontreinigingen af. Gebruik uitsluitend de aanbevolen motorolie. Zie de Technische gegevens.
1.
Start de motor en laat hem warmlopen tot de normale bedrijfstemperatuur.
2.
Zet de motor af en wacht totdat de olie in het carter is teruggestroomd (ongeveer vijf minuten).
3.
Haal de fitting uit het einde van de olieaftapslang van het carter.
90-8M0116253
DECEMBER 2015
nld
Normale omstandigheden
a -
motordeksel
d
b -
olievuldop
c -
toegangsluik verwijderd
d -
motoroliepeilstok
37281
Inhoud
8,9 L (9.4 U.S. qt)
Inhoud
Liter (U.S. qt)
13,8 L (14.6 U.S. qt)
Hoofdstuk 4 - Onderhoud
Normale omstandigheden
c
a -
olievuldop
b -
peilstok
c -
markering maximaal peil
d
d -
markering minimaal peil
37285
Type vloeistof
4-Cycle 15W40 Marine Engine Oil (viertakt scheepsmotorolie)
Type vloeistof
4-Cycle 15W40 Marine Engine Oil (viertakt scheepsmotorolie)
Bladzijde 33