JV-2080 Handleiding
te werken. Hoe groter de waarde, des te hoger dit
punt.
Bij Low Pass Filters spreken we van het "filter ope-
nen" wanneer de Cutoff Frequency op een hogere
waarde wordt ingesteld. Het "filter sluiten" is het-
zelfde als de Cutoff waarde lager instellen.
1) Bij gebruik van het Low Pass Filter
Bij gebruik van het LPF verdwijnen meer bovento-
nen naarmate u de Cutoff op een lagere waarde
instelt. De klank wordt hierdoor warmer en ronder.
Tegelijkertijd zal ook het volume afnemen.
2) Bij gebruik van het Band Pass Filter
Het BPF laat alleen die frequenties door die zich in
een bepaald gebied rond de grensfrequentie bevin-
den. Afhankelijk van de gebruikte golfvorm is het
mogelijk om de Cutoff waarde zo in te stellen dat de
klank bijna volledig wordt "uitgewist". Wanneer dus
tijdens het editen het geluid plotseling verdwijnt, kan
dit eventueel de oorzaak zijn.
3) Bij gebruik van het High Pass Filter
Bij gebruik van het HPF verdwijnen meer harmoni-
schen uit de lagere regionen naarmate u de Cutoff
waarde hoger instelt. De klank wordt hierdoor hel-
derder – maar ook dunner. Bovendien zult u langza-
merhand de grondtoon wegfilteren. Net als bij het
BPF is het mogelijk dat tijdens het editen het geluid
zal verdwijnen. Dit geldt in het bijzonder voor golf-
vormen die weinig boventonen hebben.
4) Bij het gebruik van het Peaking filter
In dit geval bepaalt u met Cutoff het frequentiebereik
dat wordt opgehaald (dit is dus eigenlijk een "anti-
filter").
Resonance (0 - 127)
Geeft een kenmerkend "synthesizer" karakter aan de
klank door de boventonen in het gebied rond de
Cutoff frequentie te benadrukken. Hoe hoger de
waarde, des te sterker het effect.
Wanneer de waarde hoog wordt ingesteld, kan de
oscillator worden overstuurd, waardoor vervorming
optreedt. Soms wordt dit wel als effect gebruikt.
Resonance Vel Sens (-100~+150)
Met deze parameter maakt u de Resonance aanslag-
gevoelig. Dat kan zowel in positieve (meer Resonan-
ce bij harde aanslag) als negatieve zin (meer Reso-
nance bij zachte aanslag).
Cutoff KeyFollow
Deze parameter laat toe om de grensfrequentie in
functie te stellen van de noten die u speelt. C4 is altijd
het nulpunt, d.w.z. dat de grensfrequentie van deze
noot overeenkomt met de voor Cutoff ingestelde
waarde (plus of min de Envelope parameters welis-
waar). Positieve waarden betekenen dat de grensfre-
92
quentie toeneemt naarmate u hogere noten speelt.
Negatieve waarden betekenen het tegenovergestelde
– en dus ook dat de grensfrequentie toeneemt naar-
mate u lagere noten speelt. De gekozen waarde wordt
rechtsonder in het display grafisch afgebeeld.
TVF Envelope-pagina
→
[PATCH]
[F3] (TVF)
Met de parameters op deze pagina bepaalt de TVF
envelope (verloop van de filteropening over de tijd)
en hoe deze reageert op de kracht waarmee u de toet-
sen aanslaat. De TVF envelope wordt grafisch afge-
beeld.
Time 1 Time 2 Time 3
afsnij-
frequentie
Level 1 Level 2
noot aan
Time 1-4 (0~127)
Met deze parameters stelt u de tijdwaarden van de
TVF Envelope (Envelope van het filter) in. Met de
"T" waarden bepaalt u de overgangssnelheid van de
ene "L" waarde naar de volgende. Een voorbeeld:
met "T2" bepaalt u de overgangssnelheid van L1 naar
L2. Hoe groter de "T" waarde, hoe trager de over-
gang.
Level 1-4 (0~127)
"L" staat eigenlijk voor "Level" (d.w.z. volume),
maar dat neemt niet weg dat de "L" waarden van de
TVF Envelope op de grensfrequentie (Cut) slaan.
Wie nog met analoge synthesizers gewerkt heeft, zal
hier iets aan hebben: T1/L1 beantwoordt aan "A",
T2/L2 aan "D", T3/L3 aan "S" en T4/L4 aan "R"
(Attack, Decay, Sustain, Release). Opmerkelijk is dat
u hier ook een waarde voor de Release (de uitsterf-
tijd, L4) kunt instellen, zodat de uiteindelijke filter-
opening niet noodzakelijk gelijk hoeft te zijn aan de
voor Cutoff ingesteld waarde.
Envelope Depth (-63~+63)
Hiermee bepaalt u de maximale wijzigingsgraad die
u met de TVF Envelope kunt bereiken. Hoe groter de
hier ingestelde waarde, hoe hoger de grensfrequen-
→
[F2] (TVF Env)
Time 4
tijd
Level 3
Level 4
noot uit