EFX-types en -parameters
4.
Er zijn 40 EFX-types. Voor elk van die types is er een
hele reeks parameters die u kunt wijzigen.
Voor die parameters moet u op de EFX Param-pagi-
na zijn. Hoe u daar terechtkomt hangt af van de pagi-
na waaruit u vertrekt.
Vanuit een Performance of GM System
→
[F5] (Effects)
[F2] (EFX Prm)
Vanuit een Patch of Rhythm Set
→
[F6] (Effects)
[F2] (EFX Prm)
Zoals u weet, kunt u in een Performance maximaal 3
EFX'en tegelijk gebruiken. Door herhaaldelijk op
[F2] (EFX Prm) te drukken komt u achtereenvolgens
bij EFX-A Param, EFX-B Param en EFX-C Param
terecht.
Opmerking: Als u voor Performance EFX-A~C Source
(zie blz. 41) Part 1~9 of 11~16 kiest verschijnt er een "*" als
u de cursor op een EFX-parameter plaatst om aan te geven
dat het om een waarde gaat die van een Patch wordt overge-
nomen.
Parameters instellen werkt volgens het inmiddels
bekende recept:
3) Plaats de cursor op de parameter die u wilt instel-
len.
4) Kies met de [VALUE]-regelaar of met [INC]/[DEC]
de gewenste waarde.
Opmerking: Met [UNDO] kunt u een gewijzigde parame-
ter opnieuw zijn originele waarde geven.
5) Druk op [EXIT] om terug te keren naar de Play-
pagina.
Opmerking: De EFX parameters die in het nu volgende
overzicht door een "(*)" worden voorafgegaan kunt u aanstu-
ren met een MIDI-speelhulp. Meer uitleg hierover op
blz. 109.
EFX-types en -parameters, Effectstructuur kiezen
Hier geven we u alvast een overzicht van de beschik-
bare EFX types:
1: Stereo Equalizer
2: Overdrive
3: Distortion
4: Phaser
5: Spectrum
6: Enhancer
7: Auto-Wah
8: Rotary
9: Compressor
10: Limiter
11: HEXA Chorus
12: Tremolo Chorus
13: Space D
14: Stereo Chorus
15: Stereo Flanger
16: Step Flanger
17: Stereo Delay
18: Modulation Delay
19: Triple Tap Delay
20: Quadruple Tap Delay
Stereo-EQ (Equalizer)
Zoals de naam al zegt, is dit een stereo-Equalizer
waarmee u de klankkleur van het bewerkte signaal
kunt veranderen.
L in
4-Band EQ
R in
4-Band EQ
Low Freq (200Hz/400Hz)
Met deze parameter kiest u de lagetonen die moeten
worden opgehaald.
Low Gain (-15dB~+15dB)
Met deze parameter stelt u het volume van de lageto-
nen (Low Freq) in. Wenst u minder lagetonen, dan
moet u een negatieve waarde instellen.
P1 Freq (200Hz~8kHz)
Met deze parameter bepaalt u de centrale frequentie
waarrond en P1 (Peaking) parameter werkt.
P1 Q (0,5~9,0)
Hiermee bepaalt u de bandbreedte van het P1-filter.
Hoe groter de waarde, hoe meer frequenties rond de
P1 Freq-waarde mee worden bewerkt.
P1 Gain (-15dB~+15dB)
Hier bepaalt u wat er met de onder P1 gekozen fre-
quentie gebeurt: wordt ze opgehaald (positieve
waarde) of afgezwakt (negatieve waarde)?
21: Time Control Delay
22: 2 Voice Pitch Shifter
23: Feedback Pitch Shifter
24: Reverb
25: Gate Reverb
26: Overdrive → Chorus
27: Overdrive → Flanger
28: Overdrive → Delay
29: Distortion → Chorus
30: Distortion → Flanger
31: Distortion → Delay
32: Enhancer → Chorus
33: Enhancer → Flanger
34: Enhancer → Delay
35: Chorus → Delay
36: Flanger → Delay
37: Chorus → Flanger
38: Chorus / Delay
39: Flanger / Chorus
40: Chorus / Flanger
L out
R out
45