Inhoudsopgave
Advertenties
6.3 Parts in- en
uitschakelen
Schakel de Parts, die u niet wilt gebruiken, uit.
1) Kies de Performance die u wilt gebruiken (zie
blz. 32).
2) Druk op [RX] (de indicator licht op).
3) Schakel met de PART SELECT [1/9]~[8/16] knop-
pen de gewenste Parts in (de indicator licht op) of
uit (de indicator dooft).
Om de Parts 9~16 in of uit te schakelen moet u op de
[1-8/9-16] knop drukken (de indicator licht op).
Op de PERFORM Play-pagina's worden ingescha-
kelde Parts aangeduid met een " " of " ", terwijl er
voor uitgeschakelde Parts een "_" staat.
4) Druk op [RX] (de indicator dooft).
Opmerking: De instelling voor deze parameter is dezelfde
als voor de Rx Switch-parameter (
Opmerking: Als de [RX]-indicator voor een Part brandt,
begint hij bij ontvangst van MIDI-commando's te knipperen
(op de Part Information-pagina knipperen de indicators
steeds bij ontvangst van MIDI-commando's, ook als de
betreffende Part uitgeschakeld is).
6.4 Part-gebonden
instellingen
Om de bediening overzichtelijk te houden hebben
we de parameters die u voor iedere Part van de Per-
formance kunt instellen toegewezen aan de functie-
toetsen. De verdeling is als volgt:
blz. 75
).
Performance programmeren, Parts in- en uitschakelen
Performance aanmaken
* Performance-parameters worden aangeduid door een "*".
Nier germerkte functies zijn Part-parameters.
[F2] (K.Range)
klavierbereik
[F3] (Part)
Patch-keuze / Volume / Pan /
Pitch / Polyfonie
[F4] (MIDI)
MIDI-parameters
[F5] (Effects)
[F1] (General)
[F2] (EFX Prm)
[F3] (EFX Ctl)
[F4] (Chorus)
[F5] (Reverb)
Elk van deze parameters kunt u volgens de onder-
staande werkwijze instellen.
1) Kies de Performance waaraan u wilt werken en ga
naar de PERFORM Play-pagina.
2) Druk op [F2] (K.Range)~[F5] (Effects) om naar de
gewenste pagina te gaan.
3) Als u Effects hebt gekozen moet u nog dieper in de
boomstructuur duiken door [F1] (General)~[F5]
(Reverb) te kiezen.
4) Kies met de PART SELECT [1/9]~[8/16] knoppen
de gewenste Part.
Om een Part van 9~16 te kiezen moet u op de [1-8/
9-16] knop drukken (de indicator licht op).
De indicator van de gekozen Part begint te knippe-
ren en zijn nummer verschijnt rechtsboven in het
display (links als het om de General-pagina van de
effecten gaat).
Opmerking: Voor de effectparameters [F2] (EFX Prm)~
[F5] (Reverb) kunt u geen Part selecteren, want deze parame-
ters zijn gemeenschappelijk voor alle Parts.
5) Plaats de cursor op de parameter die u wilt instel-
len.
6) Kies met de [VALUE]-regelaar of met [INC]/[DEC]
de gewenste waarde.
Opbouw van het effect
EFX Type
EFX-parameters aansturen met
MIDI-commando's
Chorus
Reverb
73
Advertenties
Inhoudsopgave
