Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Instellingen Voor Individuele Tones - Roland JV-2080 Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

JV-2080 Handleiding
Lower Upper Crossfade
Tone 1~Tone 4 (Tone 1~4 Velocity Range
Lower:Upper:Crossfade)
De Lower-waarde slaat op de kleinste aanslagwaarde
waarmee u de betreffende Tone kunt aansturen. Let
wel: deze waarde kan nooit groter zijn dan de aan-
slagwaarde voor Upper. Probeert u toch een grotere
aanslagwaarde in te stellen, dan verandert de Upper-
instelling eveneens.
Met de Upper-waarde bepaalt u de grootste aanslag-
waarde waarmee u de Tone kunt aansturen. Ook hier
geldt dat de Upper-waarde niet kleiner kan zijn dan
de Lower-waarde en dat de Lower-waarde eveneens
verandert wanneer u eronder probeert te gaan.
Opmerking: Velocity Lower en Upper zijn handig voor
Velocity Switch-effecten (het omschakelen van de ene klank
naar de andere d.m.v. de aanslag). Voorwaarde hiervoor is
wel dat u aan minstens twee Tones een complementair aan-
slagbereik toekent (bv. de een van 0~64 en de tweede van 65~
127).
Met de Crossfade-waarde stelt u de "Fade" hoek in
voor de Lower en Upper waarde. Een en ander bete-
kent dat u dus iets meer "speling" krijgt op de twee
aanslagwaarden.
Level
1
Lower
Parameterwaarde
Switch (On, Off)
Met deze parameter bepaalt u of de JV-2080 reke-
ning houdt met de Velocity Range-instellingen.
84
Aanslagwaarde
Upper
Parameterwaarde
7.5 Instellingen voor
individuele Tones
Ook de Tone parameters hebben we ondergebracht
in een reeks hiërarchisch geordende menu's die u
kiest met de functieknoppen.
Patch programmeren
Patch-parameters worden aangeduid met een " ,".
Ongemarkeerde items zijn Tone parameter.
[F2] (WG)
[F1] (WG Prm)
[F2] (Pitch)
[F3] (Pch Env)
[F3] (TVF)
[F1] (TVF Prm)
[F2] (TVF Env)
[F4] (TVA)
[F1] (TVA Prm)
[F2] (TVA Env)
[F5] (LFO & Ctl)
[F1] (LFO 1)
[F2] (LFO 2)
[F3] (Control)
[F4] (Ctrl Sw)
[F6] (Effects)
[F1] (General)
[F2] (EFX Prm)
[F3] (EFX Ctl)
[F4] (Chorus)
[F5] (Reverb)
Gewoontegetrouw geven we eerst de algemene werk-
wijze om-Tone parameters in te stellen. Daarna gaan
we dieper in op de individuele parameters.
1) Kies de Patch waarmee u wilt werken en ga naar de
PATCH Play-pagina.
2) Kies met [F2] (WG)~[F6] (Effects) de gewenste
paginagroep.
3) Kies met [F1]~[F5] de gewenste pagina.
Opmerking: Op elk van deze pagina's kunt u met TONE
SWITCH [1]~[4] de Tones in- of uitschakelen.
4) Kies met TONE SELECT [1]~[4] de Tone waarvoor
u instellingen wilt maken.
De indicator van de gekozen Tone begint te knippe-
ren en het Tone-nummer verschijnt rechtsboven in
het display (rechtsboven in de Effects General pagi-
na).
golfvorm kiezen /
Tone aan/uit /
Delay enz.
Toonhoogte
Pitch envelope
Klankkleur wijzigen
met het filter
TVF envelope
Volume / Pan
TVA envelope
Vibrato of tremolo toevoegen
Vibrato of tremolo toevoegen
Tone-parameters aansturen
met MIDI-speelhulpen
Parameters i.v.m. de ontvangst
van MIDI-commando's
Structuur van het effecttype
EFX-type
EFX-parameters aansturen
met MIDI-speelhulpen
Chorus
Reverb

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave