Inhoudsopgave
Advertenties
6.3.1.2
Foutklassen
De configuratie van alle geactiveerde alarmen van de
module omvat een foutklasse. De foutklasse
definieert de categorie van het alarm en de
daaropvolgende actie. Voor elke alarmfunctie kan een
foutklasse worden geselecteerd via het display of de
PC-software.
Er kunnen 7 verschillende foutklassen gebruikt
worden:
Motor draait:
– Blokkeren: Geluidsalarmrelais, Alarmweergave.
– Waarschuwing:
Alarmweergave.
– Schakelen
van
GB:
Alarmweergave, GB-schakeling.
Dit is de beschreven menustroom voor het oplossen van alarmen:
– Schakelen
Alarmweergave, GB-schakeling, Generatorset-
afkoeling, Generatorset-stop.
– Stillegging: Geluidsalarmrelais, Alarmweergave,
GB-schakeling, Generatorset-stop.
– Schakeling
Alarmweergave, MB-schakeling.
– Schakelen van MB/GB: Geluidsalarmrelais,
Alarmweergave,
schakeling.
Motor gestopt:
Geluidsalarmrelais,
– Blokkeren: Blokkering motorstart.
– Waarschuwing: -
Geluidsalarmrelais,
– Schakelen van GB: Blokkering motorstart,
Blokkering GB-sequentie.
&
stoppen:
Geluidsalarmrelais,
van
MB:
Geluidsalarmrelais,
(GB-schakeling),
MB-
- 63 -
– Schakelen & stoppen: Blokkering motorstart,
Blokkering GB-sequentie.
– Stillegging: Blokkering motorstart, Blokkering
GB-sequentie.
– Schakeling van MB: Blokkering MB-sequentie.
– Schakelen van MB/GB: (Blokkering motorstart),
Blokkering MB-sequentie, (Blokkering GB-
sequentie).
Om te selecteren wanneer de alarmen actief moeten
zijn, werd een configureerbare "inhibit"-instelling
gemaakt voor elk alarm. De inhibitfunctie is alleen
beschikbaar via de PARUS-software
6.3.1.3
Alarmen oplossen
Advertenties
Inhoudsopgave
