21.3.2
Zelfdichtende, met mylar versterkte capillaire buisjes, best. nr. 1071
Capillaire buisjes vullen.
Bloedkolom in richting stop laten zakken.
Het bloed moet de stop raken!
De stop wordt pas dicht wanneer deze met het bloed in aanraking komt.
Capillair met het uiteinde van de stop drie keer op de laboriumtafel kloppen!
Dit intensiveert het contact met het stopmateriaal en bevordert het afdichtingproces. Alleen op die manier
worden de capillairen dicht!
21.4
Bepalen van de centrifugatietijd
Om de centrifugatietijd te bepalen, geldt de volgende benaderingsformule:
100000
= centrifugatietijd in minuten
RCF
RCF = Relatieve centrifugaalversnelling
Berekening van de RCF zie hoofdstuk "Relatieve centrifugaalversnelling (RCF)".
Voorbeeld:
RCF = 16060
100000
= 6,23 minuten = 6 minuten en 14 seconden
16060
Bij een RCF van 16060 bedraagt de centrifugatietijd 6 minuten en 14 seconden.
21.5
Aflezen van de hematocrietwaarde
Het aflezen van de hematocrietwaarde wordt als volgt uitgevoerd:
De rotor vasthouden.
De meetschijf (deksel van de rotor) draaien, tot de 100%-lijn van de meetschijf overeenstemt met de bovenste
rand van de vloeistofkolom in het capillaire buisje.
Aan de bovenste rand van de erythrocytenkolom de hematocrietwaarde aflezen.
Het proces zo vaak herhalen, tot alle capillaire buisjes gemeten zijn.
NL
33/129