NL
16.2
Continu bedrijf
Indien nodig moet de toets worden
RCF
ingedrukt, om de RPM-indicatie (RPM) of
de RCF-indicatie ( RCF ) te selecteren.
De gewenste centrifugeerparameters invoeren. De
parameters t/min en t/sec op nul zetten (zie
hoofdstuk "Centrifugeerparameters invoeren").
De toets indrukken, om het
START
PULSE
centrifugeerproces te starten.
Tijdens het centrifugeerproces worden het
toerental van de rotor of de daaruit
resulterende RCF-waarde en de
verstreken tijd weergegeven.
De toets indrukken, om het
STOP
OPEN
centrifugeerproces te beëindigen.
De uitloop vindt plaats met de ingestelde
remtrap. De remtrap wordt weergegeven.
Voorbeeld
16.3
Kortstondige centrifugatie
Indien nodig moet de toets worden
RCF
ingedrukt, om de RPM-indicatie (RPM) of
de RCF-indicatie ( RCF ) te selecteren.
De gewenste centrifugeerparameters invoeren (zie
hoofdstuk "Centrifugeerparameters invoeren").
De toets indrukken en ingedrukt houden.
START
PULSE
Tijdens het centrifugeerproces worden het
toerental van de rotor of de daaruit
resulterende RCF-waarde en de
verstreken tijd weergegeven.
De toets opnieuw loslaten om het
START
PULSE
centrifugeerproces te beëindigen.
De uitloop vindt plaats met de ingestelde
remtrap. De remtrap wordt weergegeven.
Voorbeeld
24/129
f
f.
Voorbeeld:
RPM-indicatie (RPM)
>RCF<
RPM
t/min:s
RPM
>RCF<
t/min:s
>RCF<
RPM
t/min:s
RPM
>RCF<
t/min:s
Voorbeeld:
RPM-indicatie (RPM)
RPM
>RCF<
t/min:s
>RCF<
RPM
t/min:s
RPM
>RCF<
t/min:s
>RCF<
RPM
t/min:s
Voorbeeld:
RCF-indicatie ( RCF )
>RCF<
RPM
t/min:s
RPM
>RCF<
t/min:s
>RCF<
RPM
t/min:s
RPM
>RCF<
t/min:s
Voorbeeld:
RCF-indicatie ( RCF )
RPM
>RCF<
t/min:s
>RCF<
RPM
t/min:s
RPM
>RCF<
t/min:s
>RCF<
RPM
t/min:s