Doorwaaddiepte
Met doorwaden wordt bedoeld dat de auto
op een met water bedekte rijbaan door een
diepere plas water rijdt. Waden dient met de
nodige voorzichtigheid te gebeuren.
Stapvoets kunt u met de auto door waterpar-
tijen van maximaal 25 cm diep rijden. Wees
extra voorzichtig bij het doorwaden van stro-
mend water.
Houd een lage snelheid aan tijdens het
waden en breng de auto niet in het water tot
stilstand. Trap na het passeren van de water-
partij lichtjes op het rempedaal om te contro-
leren of de remwerking in orde is. Bij water en
vuil op de remblokken kunnen er vertragingen
in de remwerking optreden.
•
Maak eventuele aansluitingen voor de
elektrische verwarming en de aanhange-
rkoppeling schoon na ritten in water en
modder.
•
Laat de auto niet langdurig in water staan
dat tot boven de dorpelbalken – elektri-
sche storingen zijn anders niet uitgeslo-
ten.
BELANGRIJK
Als er water in het luchtfilter komt, kan er
motorschade ontstaan.
Bij een diepte groter dan 25 cm kan er
water in de transmissie komen. Het sme-
rende vermogen van de oliën neemt dan
af, waardoor de levensduur van deze sys-
temen korter wordt.
Schade aan de motor, transmissie, turbo-
compressor, het differentieel of de inwen-
dige onderdelen ervan als gevolg van
waterlekkage (hydrolock) of een tekort aan
olie valt niet onder de garantie.
Bij een motorstop in water moet u niet pro-
beren opnieuw te starten. Laat de auto uit
het water naar de werkplaats slepen -
geadviseerd wordt een erkende Volvo-
werkplaats. Kans op motorschade.
Gerelateerde informatie
•
Bergen (p. 312)
•
Slepen (p. 310)
08 Starten en rijden
Oververhitting
In bepaalde omstandigheden, bij zware belas-
ting op steile hellingen en warm weer, bestaat
het gevaar dat de motor en de aandrijflijn
oververhit raken – vooral bij het vervoer van
een zware lading.
Voor informatie over oververhitting bij het
gebruik van een aanhanger, zie Rijden met
een aanhanger* (p. 303).
•
Verwijder verstralers die voor de grille zit-
ten tijdens ritten bij warm weer.
•
Als de temperatuur in het koelsysteem
van de motor te hoog oploopt, gaat een
waarschuwingssymbool branden op het
informatiedisplay van het instrumenten-
paneel en verschijnt daar de melding
Motortemperatuur hoog Stop auto
z.s.m.
– breng de auto in dat geval zo
spoedig mogelijk tot stilstand en laat de
motor enkele minuten stationair lopen
zodat deze kan afkoelen.
•
Als de displaymelding
Motortemperatuur hoog Zet motor af
of
Koelvloeistofpeil laag Stop auto
z.s.m.
verschijnt, dient u nadat de auto
tot stilstand is gekomen ook de motor af
te zetten.
•
Bij oververhitting van de versnellingsbak
wordt een ingebouwde beveiliging geacti-
veerd die er onder meer voor zorgt dat
het waarschuwingssymbool op het instru-
mentenpaneel gaat branden en op het bij-
behorende display de tekstmelding
*
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
08
}}
293