06 Sloten en alarm
Vergrendelen/ontgrendelen - van de
binnenzijde
Alle portieren en de bagageklep kunnen tege-
lijkertijd worden vergrendeld of ontgrendeld
met de knop van het bestuurdersportier en
het passagiersportier* voor centrale vergren-
deling.
Centrale vergrendeling
Centrale vergrendeling.
06
•
Druk de rechterkant
om te vergrendelen en de linkerkant
om te ontgrendelen.
Wanneer u de knop lang ingedrukt houdt,
worden ook alle zijruiten tegelijkertijd
geopend.*
Ontgrendelen
Een portier kan op twee manieren van de bin-
nenkant worden ontgrendeld:
*
180
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
•
Bij het indrukken van de knop voor cen-
trale vergrendeling
Bij lang indrukken worden ook alle zijruiten*
tegelijkertijd geopend (zie ook Doorluchtfunc-
tie (p. 181)).
•
Trek eenmaal aan de openingshandgreep
en laat deze vervolgens los – het portier is
ontgrendeld. Wanneer u nogmaals aan de
handgreep trekt wordt het portier
geopend.
Vergrendelen
•
Druk nadat u de voorportieren hebt
gesloten op de knop voor de centrale ver-
grendeling
Bij lang indrukken worden ook alle zijruiten en
het schuif-/kanteldak tegelijkertijd gesloten
(zie ook Doorluchtfunctie (p. 181)).
Alle portieren zijn ook afzonderlijk te vergren-
delen met hun vergrendelingsknop – het por-
tier moet uiteraard dichtstaan.
van de knop in
Automatische vergrendeling
Bij het wegrijden worden de portieren en de
bagageklep automatisch vergrendeld.
U kunt het systeem activeren/deactiveren in
het menusysteem MY CAR. Voor een
beschrijving van het menusysteem, zie MY
CAR (p. 116).
.
.
Gerelateerde informatie
•
Vergrendelen/ontgrendelen - vanaf de
buitenkant (p. 179)
•
Alarm (p. 185)
•
Transpondersleutel - functies (p. 167)