Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Elektrische Aansluiting - Driefasenpompen; Alarmrelais/Communicatie-Aansluiting; Het Product Configureren; Standaardinstellingen - Grundfos SEG AUTO ADAPT Installatie- En Bedieningsinstructies

Inhoudsopgave

Advertenties

8.3 Elektrische aansluiting -
driefasenpompen
De pompmotor is zodanig ontworpen dat de fase-
volgorde in de klemmenkast met de klok mee gaat.
Dit kan worden bepaald met een fasevolgordedetec-
tor. De pomp wordt niet ingeschakeld bij een onjuiste
fasevolgorde.
Als de droogloopsensoren in de vloeistof onderge-
dompeld zijn maar de pomp schakelt niet in, kan dit
worden veroorzaakt door een onjuiste fasevolgorde.
Verwissel L1 en L2.
Afb. 5
Bedradingsschema voor driefasenpom-
pen

8.4 Alarmrelais/communicatie-aansluiting

In de pomp is een alarmrelaisuitgang opgenomen.
NC en NO zijn beschikbaar en kunnen naar wens
worden gebruikt, bijvoorbeeld voor akoestische of
visuele alarmmeldingen. Maximale belasting van
relais bedraagt 230 VAC 2 A.
Als alternatief kunnen de draden 4 en 6 worden
gebruikt voor externe communicatie via een CIU-unit
(communicatie-interface).
Als een CIU-unit wordt aangesloten mag
het relais niet worden gebruikt. In de CIU-
N.B.
unit is een relais opgenomen dat de alarm-
functie overneemt.
Voor een voorbeeld van het aansluitschema wordt
verwezen naar de documentatie die met de CIU-unit
wordt meegeleverd.
12

9. Het product configureren

9.1 Standaardinstellingen

De pomp wordt af fabriek met de volgende stan-
daardinstellingen geleverd.
Parameter
Inschakelvertraging (willekeurig)
Inschakelniveau
Storing Hoog niveau
Systeem tegen vastlopen:
Interval
Duur
Indien één of meer van de bovenstaande parameters
moeten worden gewijzigd, gebruik daarvoor dan de
optionele CIU-unit samen met een Grundfos GO.
De CIU-unit kan tijdelijk worden aangesloten voor
configuratiedoeleinden. Als geen CIU-units beschik-
baar zijn, wijzigt u de parameters met behulp van het
Grundfos PC Tool. Zie de installatie- en bedienings-
instructies van de CIU-unit voor verdere informatie.
Afb. 6
In- en uitschakelniveaus

9.2 Pompwisseling

Als meerdere pompen (maximaal vier) in dezelfde
put worden opgesteld, zorgt de regellogica die in de
pompen is opgenomen ervoor dat de belasting over
de tijd evenredig wordt verdeeld tussen de pompen.
De pompwisseling wordt uitgevoerd volgens een
gepatenteerde methode op basis van de meting van
het vloeistofniveau in de put.
De barometrische druk kan van invloed
N.B.
zijn op de verwisselvolgorde.
0,9 - 4,0 kW
Uit
25 cm
+ 10 cm
3 dagen
2 seconden
Alarm
Start
Stop

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave