Inhoudsopgave
Advertenties
16 Uitgebreide functies
16.8 De grenswaarde voor de buisbinnendiameter veranderen
Spec. functie\...\DSP-SignalSnap\AutoSnap
• Activeer of deactiveer de AutoSnap-functie.
• Druk op ENTER.
Spec. functie\...\DSP-SignalSnap\Snap ringbuffer
• Activeer of deactiveer de snap ringbuffer.
• Druk op ENTER.
Snaps wissen
Spec. functie\SYSTEEM inst.\Signal snap\DSP-SignalSnap\Clear Snaps
• Kies Clear Snaps.
• Druk op ENTER.
Snaps uitlezen
Spec. functie\SYSTEEM inst.\Signal snap\DSP-SignalSnap\Snaps ->Rs232
• Kies Snaps ->Rs232.
• Druk op ENTER.
De snap-functie activeren
• Om de snap-functie te activeren, drukt u tijdens de meting op de toets
gel verschijnt.
• Druk op ENTER.
16.8
De grenswaarde voor de buisbinnendiameter veranderen
U kunt de onderste grenswaarde van de buisbinnendiameter voor een bepaald sensortype veranderen.
• Toets de HotCode 071001 in, zie paragraaf 8.4.
DNmin Q-Sensor
15
mm
• Toets de onderste grenswaarde voor de buisbinnendiameter van het in beeld gebrachte sensortype in.
• Druk op ENTER om het volgende sensortype te kiezen.
Opmerking!
Indien een sensor wordt gebruikt onder zijn aanbevolen buisbinnendiameter, dan bestaat de kans dat een meting
onmogelijk is.
108
, totdat DSPSNAP/VOLTAGE in de bovenste re-
2022-03-01, UMFLUXUS_F501V1-4NL
FLUXUS F501
Advertenties
Inhoudsopgave
