Inhoudsopgave
Advertenties
41
Parameter
Opties: zie Elektrodeconfiguraties voor ondersteunde parameters
Parameter, Meeteenheden, minimale en maximale elektrodewaarden, hysteresis, afwijking, dode bandwaar-
den, controleperiode, resettijd, snelheidstijd en dode bandversterking zijn afhankelijk van de geconfigureerde
regelmodusoptie (d.w.z. AAN/UIT, proportioneel, PID) in het submenu Elektrode-instellingen.
Met Parameter geselecteerd, druk op de virtuele toets, en druk
volgende parameter te gaan.
Ingeschakeld
De instelpunt-optie moet ingeschakeld zijn om de controlefunctie in te stellen. Als Ingeschakeld is geselec-
teerd, drukt u op Inschakelen (uitschakelen). Een vinkje bevestigt de selectie. Druk op de
te sluiten of
om naar de volgende parameter te gaan.
d
Waarde
Deze parameter definieert de instelpuntwaarde. Het instelpunt moet eerst worden ingeschakeld.
• Met Waarde geselecteerd, druk
• Druk op de pijltjestoetsen om de gewenste waarde binnen de minimum/maximum elektrodelimieten te
bewerken (bv. 0,00 tot 12,00 pH), knipperend weergegeven.
• Druk op
BEVESTIG
Een instelpuntwaarde kan niet hetzelfde zijn als het alarminstelpunt.
Ô
INSTELL.
om op te slaan.
om op te slaan of
b
Kanaal
om naar de
d
-toets, om af
b
Advertenties
Inhoudsopgave
