Persoonlijke Instellingen (blz. 64)
Handmatige instelling ISO-waarde (blz. 57)
Rode-ogenreductie (blz. 59)
Draadloos flitsen (blz. 60)
Transportstanden (blz. 50)
Lichtmeetsysteem (blz. 58)
AF-standen (blz. 56)
Meervoudige belichting (blz. 53)
Belichtingstrapje (blz. 54)
Geluidssignalen (blz. 49)
Datumprint (blz. 63) (alleen Date-model)
Datum en tijd instellen (blz. 18) (alleen Date-model)
GELUIDSSIGNALEN
2
FUNCTIEWIEL
Met het functiewiel kiest u de creatieve- en de
overige functies van de camera. Voor een uitge-
breide beschrijving van deze functies raadpleegt u
de aangegeven bladzijde(n).
1
3
Het geluidssignaal geeft aan dat
de scherpstelling is voltooid, dat
de zelfontspanner loopt en dat de
afstandbediening werkt. Het ge-
luidssignaal kan desgewenst wor-
den uitgezet.
Draai het functiewiel naar de
stand 'geluidssignaal' (1). Druk de
functietoets (2) in en draai aan
het instelwiel (3) totdat "On" (aan)
of "OFF" (uit) in het LCD is te
zien.
49