WEERGAVE VAN SLUITERTIJDEN
De sluitertijd die voor een opname wordt gebruikt, wordt weergegeven
in het LCD en in de zoeker. De volgende notatie wordt hierbij gebruikt:
WAT BETEKENT HET ƒ-GETAL?
Het f-getal geeft de relatieve lensopening weer en duidt daarmee
aan hoeveel licht er kan passeren. Waarom wordt het getal dan
toch groter wanneer de hoeveelheid licht afneemt? Het antwoord
ligt besloten in de schrijfwijze, f/2,0; f/8,0 etc. Dit staat voor de
brandpuntsafstand van het objectief (f), gedeeld door 2 of 8. Een
100 mm-objectief heeft bij f/2 derhalve een effectieve opening van
50 mm (100/2). Bij f/8 is dat 12,5 mm (100/8). Het f-getal geeft het
diafragma derhalve weer als de uitkomst van de volgende bereke-
ning: brandpuntsafstand gedeeld door effec-
tieve lensopening.
De reeks f-getallen werd zorgvuldig gekozen
om het belichten van opnamen eenvoudig te
maken. In de tabel hiernaast geeft elke
combinatie van sluitertijd en bijbehorend
diafragma exact dezelfde belichting.
Merk op hoe de sluitertijd verandert bij elke
verandering van het diafragma om te zorgen
voor dezelfde belichting.
Het getal onder de breukstreep wordt gebruikt
voor sluitertijden van 1/2000 tot 1/3 seconde.
125 betekent dus 1/125 seconde.
Voor sluitertijden van een halve seconde en langer
wordt een aanhalingsteken gebruik om de hele
seconden aan te geven. 1"5 betekent anderhalve
seconde en 15" betekent vijftien seconden.
f/2,8
1/2000 s
f/4,0
1/1000 s
f/5,6
1/500 s
f/8,0
1/250 s
f/11
1/125 s
f/16
1/60 s
f/22
1/30 s
f/32
1/15 s
37