G
Zorg bij het controleren van het rem-
vloeistofniveau dat de bovenzijde van
de hoofdremcilinder horizontaal is
door het stuur te draaien.
G
Gebruik uitsluitend de voorgeschreven
kwaliteit remvloeistof, anders kunnen
de rubber afdichtingen verslechteren
en zo lekkage en slechte remwerking
teweegbrengen.
Aanbevolen remvloeistof:
DOT 4
OPMERKING:
Gebruik DOT 3 als DOT 4 niet leverbaar is.
G
Vul bij met hetzelfde type remvloeistof.
Bij vermengen van verschillende typen
remvloeistof kunnen schadelijke che-
mische reacties optreden en kan de
remwerking verslechteren.
G
Pas op en zorg dat tijdens bijvullen
geen water de hoofdremcilinder kan
binnendringen. Water zal het kookpunt
van de remvloeistof aanzienlijk verla-
gen zodat dampbelvorming kan optre-
den.
G
Remvloeistof kan gelakte of kunststof
onderdelen aantasten. Veeg gemorste
remvloeistof steeds direct af.
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
G
Naarmate de remblokken afslijten, zal
het remvloeistofniveau geleidelijk ver-
der dalen. Vraag echter wel een
Yamaha dealer om een inspectie als
het remvloeistofniveau plotseling sterk
is gedaald.
Verversen van remvloeistof
Vraag een Yamaha dealer de remvloeistof
te verversen volgens de intervalperioden
voorgeschreven onder OPMERKING in het
periodieke smeer- en onderhoudsschema.
Laat bovendien de oliekeerringen van de
hoofdremcilinder, de remklauwen en de
remslang vervangen volgens de intervalpe-
rioden of wanneer ze lekken of zijn bescha-
digd.
G
G
6-19
Oliekeerringen: Vervang elke twee
jaar.
Remslang: Vervang elke vier jaar.
DAU22720
6