NR.
ITEM
7 * Achterrem
8 * Remslang
9 * Wielen
10 * Banden
11 * Wiellagers
Bussen scharnierpunt
12 *
achterbrug
13
Aandrijfketting
14 * Balhoofdlagers
15 * Framebevestigingen
Zijstandaard, midden-
16
bok
17 * Zijstandaardschakelaar
18 * Voorvork
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
CONTROLE OF ONDERHOUDSBEURT
• Controleer de werking en stel de speling van het rempe-
daal af.
• Vervang de remschoenen.
• Controleer op scheurtjes en beschadigingen.
• Vervangen.
• Controleer de speling en controleer op beschadigingen.
• Controleer op slijtage en beschadigingen.
• Vervang indien nodig.
• Controleer de bandspanning.
• Corrigeer indien nodig.
• Controleer op speling of beschadigingen.
• Controleer de bussen op loszitten.
• Smeren met lithiumvet.
• Controleer de spanning, uitlijning en conditie van de aan-
drijfketting.
• Stel de ketting af en smeer deze grondig met een speciale
smering voor o-ringkettingen.
• Controleer de lagers op speling en oppervlakteruwheid.
• Smeren met lithiumvet.
• Controleer of alle moeren, bouten en schroeven stevig zijn
vastgezet.
• Controleer de werking.
• Smeren.
• Controleer de werking.
• Controleer op een correcte werking en olielekkage.
KILOMETERSTAND (× 1000 km)
1
√
Elke 1000 km en na elke wasbeurt of rit in de regen
√
√
6-3
6
12
18
24
√
√
√
√
Wanneer de slijtagelimiet is bereikt
√
√
√
√
Elke 4 jaar
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
Elke 50000 km
√
√
√
√
Elke 24000 km
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
JAAR-
LIJKSE
CON-
TROLE
√
√
√
6
√
√
√