PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
LET OP:
_
Een slecht gespannen aandrijfketting
overbelast de motor en andere vitale de-
len van de motorfiets, waardoor de ket-
ting kan slippen of breken. Om dit te
voorkomen moet de spanning van de
aandrijfketting binnen het voorgeschre-
ven bereik blijven.
_
3. Zet beide borgmoeren en de wielas-
moer vast met het voorgeschreven
aanhaalmoment.
Aanhaalmomenten:
Borgmoer:
16 Nm (1,6 m·kgf)
6
Wielasmoer:
104 Nm (10,4 m·kgf)
4. Stel de vrije slag van het rempedaal
af. (Zie pagina 6-21 voor afstelproce-
dures voor de vrije slag van het rem-
pedaal.)
WAARSCHUWING
_
Controleer de werking van het remlicht
na het afstellen van de vrije rempedaal-
slag.
_
DC000096
Smeren van de aandrijfketting
De aandrijfketting moet worden gereinigd
en gesmeerd volgens de intervalperioden
zoals voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema, anders zal
de ketting snel slijten, met name in vochtige
of stoffige gebieden. Onderhoud de ketting
als volgt.
LET OP:
_
De aandrijfketting moet worden ge-
smeerd nadat de motorfiets is gewassen
of ermee in de regen is gereden.
_
1. Reinig de aandrijfketting met petro-
leum en een zacht borsteltje.
LET OP:
_
Om beschadiging van de o-ringen te
voorkomen, mag de aandrijfketting niet
worden gereinigd met een stoomreini-
ger of hogedrukreiniger of met niet-ge-
schikte ontvetters.
DW000103
_
DAU03006
2. Wrijf de aandrijfketting droog.
3. Smeer de aandrijfketting grondig met
LET OP:
_
Gebruik geen motorolie of andere
smeermidelen voor de aandrijfketting,
deze bevatten mogelijk toevoegingen
DC000097
die de o-ringen kunnen beschadigen.
_
DCA00053
6-26
speciale smering voor O-ring kettin-
gen.
DCA00052