Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Yamaha YZF-R6 2012 Handleiding pagina 27

Inhoudsopgave

Advertenties

Deze instelfunctie schakelt door vijf re-
gelfuncties heen, zodat u de volgende in-
stellingen
kunt
selecteren
onderstaande volgorde.
Displayhelderheid:
Met deze functie regelt u de helderheid
van de weergaven en de toerenteller in
overeenstemming met het aanwezige
daglicht.
Activiteit van het controlelampje scha-
kelmoment:
Via deze functie kiest u of het controle-
lampje geactiveerd moet worden en of
het bij activering moet knipperen of
continu moet branden.
Activeren van het controlelampje
schakelmoment:
Via deze functie kiest u het motortoe-
rental waarbij het controlelampje ge-
activeerd zal worden.
Deactiveren van het controlelampje
schakelmoment:
Via deze functie kiest u het motortoe-
rental waarbij het controlelampje ge-
deactiveerd zal worden.
Helderheid van het controlelampje
schakelmoment:
Met deze functie regelt u de helderheid
van het controlelampje volgens uw
voorkeur.
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
OPMERKING
In deze modus geeft het rechterdisplay de
volgens
huidige instelling voor elke functie weer (be-
halve voor de functie activiteit van het con-
trolelampje schakelmoment).
De helderheid instellen van de displays van
de multifunctionele meter en toerenteller
1. Draai de sleutel naar "OFF".
2. Druk de "SELECT"-toets in en houd
deze ingedrukt.
3. Draai de sleutel naar "ON", wacht vijf
seconden en laat dan de "SELECT"-
toets los.
4. Druk op de "RESET"-toets om de ge-
wenste displayhelderheid te kiezen.
5. Druk op de "SELECT"-toets om het
geselecteerde helderheidsniveau te
bevestigen. De instelfunctie gaat over
naar de functie activiteit van het con-
trolelampje schakelmoment.
Instellen van de functie activiteit van het
controlelampje schakelmoment
1. Druk op de toets "RESET" om een van
de volgende instellingen voor de activi-
teit van het controlelampje te kiezen:
2. Druk op de toets "SELECT" om de ge-
Instellen van de functie activering van het
controlelampje schakelmoment
OPMERKING
De functie activering van het controlelampje
schakelmoment kan worden ingesteld tus-
sen 10000 tpm en 18000 tpm. Van 10000
tpm tot 13000 tpm kan het controlelampje
worden ingesteld in stappen van 500 tpm.
3-12
Het controlelampje gaat bij acti-
vering continu branden. (Deze in-
stelling is geselecteerd wanneer
het controlelampje aan blijft.)
Het controlelampje gaat bij acti-
vering knipperen. (Deze instelling
is geselecteerd wanneer het con-
trolelampje vier keer per seconde
knippert.)
Het controlelampje is gedeacti-
veerd, het zal dus niet continu
branden of knipperen. (Deze in-
stelling is actief wanneer het con-
trolelampje één keer per twee
seconden knippert.)
selecteerde activiteit van het controle-
lampje te bevestigen. De instelfunctie
gaat over naar de functie activering
van het controlelampje schakelmo-
ment.
3

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave