Kalibratie
76
Optie
Beschrijving
RUN ZERO
Start een nulkalibratie, waarmee de nulstelwaarden automatisch
CALIBRATION
worden ingesteld voor elk bereik (1, 2 en 3) voor elke parameter.
(nulkalibratie
Nulkalibratiereacties hebben het voorvoegsel "ZC". Stop metingen
uitvoeren)
voordat een nulkalibratie wordt gestart.
Opmerking: Op basis van de instelling ZERO WATER (nulwater) in
het menu SYSTEM CONFIGURATION (systeemconfiguratie) is een
nulkalibratiereactie een reactie zonder monster of met gedeïoniseerd
water, en werkt de monsterpomp niet in omgekeerde richting.
Als de instelling ZERO WATER (nulwater) in het menu SYSTEM
CONFIGURATION (systeemconfiguratie) is ingesteld op YES (ja),
moet u gedeïoniseerd water (< 5 ppb TOC) aansluiten op de
aansluiting MANUAL (handmatig) voordat een nulkalibratie wordt
gestart. De standaardinstelling voor ZERO WATER (nulwater) is NO
(nee) (geen monster).
Opmerking: Voor een nulkalibratie of nulcontrole wordt ongeveer
500 tot 800 mL gedeïoniseerd water gebruikt.
Aan het einde van een nulkalibratie voert de analyser de volgende
acties uit:
•
•
•
TOC-nulstelwaarde – De analyser gebruikt de niet-gekalibreerde
TOC-meting (niet de resultaten die op het display worden
weergegeven) om nieuwe nulstelwaarden te berekenen en in te
stellen.
Instelling CO2 LEVEL (CO2-gehalte): De analyser stelt de
instelling CO2 LEVEL (CO2-gehalte) in op AUTO (automatisch)
op het scherm REACTION CHECK (reactiecontrole). Vervolgens
wordt een nieuwe reactiecontrole van het CO
opgeslagen.
CO
-niveau: De analyser vergelijkt het CO
2
instelling BASE CO2 ALARM (CO2-alarm base) in het menu
FAULT SETUP (storing setup) . Als het gemeten CO
hoger is dan de waarde BASE CO2 ALARM (CO2-alarm base),
verschijnt er een 52_HIGH CO2 IN BASE (hoge CO2 in base)-
waarschuwing.
-niveau
2
-niveau met de
2
-niveau
2