Afbeelding 15 De afvoerleiding aansluiten
1 Open afvoer
5.4.6 Instrumentlucht aansluiten
Zorg ervoor dat de open afvoer die voor de analyser wordt gebruikt, in een geventileerde
ruimte staat. Zuurstof en zeer kleine hoeveelheden kooldioxide, ozon en vluchtige gassen
kunnen aanwezig zijn in de afvalvloeistoffen die naar de afvoer stromen.
•
Zorg ervoor dat de afvoerslangen zo kort mogelijk zijn.
•
Zorg ervoor dat de afvoerslangen overal omlaag lopen.
•
Zorg ervoor dat de afvoerslangen niet in scherpe bochten lopen en niet wordt
afgekneld.
•
Zorg ervoor dat de afvoerslangen niet afgesloten zijn van omgevingslucht en niet
onder druk staan.
Gebruik de meegeleverde slang met
om de SAMPLE OUT-fitting te verbinden met een open afvoer. Raadpleeg
De maximale afstand tussen de aansluiting en de afvoer is 2 m (6,5 ft).
2 Slang met
1
x
/
-inch binnendiameter
8
Gebruik een slang met buitendiameter
luchtcompressor en het optionele luchtfilterpakket) aan te sluiten op de het aansluitpunt
INSTRUMENT AIR (instrumentlucht) aan de linkerkant van de analyser. Zie de
specificaties voor instrumentlucht in
De lucht die naar de zuurstofconcentrator wordt geleid, moet een dauwpunt van -20 °C
hebben, 5 tot 40 °C (41 tot 104 °F) zijn en geen water, olie of stof bevatten. Het optionele
luchtfilterpakket wordt aanbevolen.
Zuurstofkwaliteit: De zuurstof die door de zuurstofconcentrator wordt geleverd, is
minimaal 93% zuurstof en het resterende gas is argon.
Veiligheidsvoorschriften voor perslucht:
•
Gebruik dezelfde voorzorgsmaatregelen als nodig zijn voor hogedruk- of
persluchtsystemen.
•
Houd u aan alle lokale en nationale voorschriften en/of de aanbevelingen en
richtlijnen van de fabrikant.
1
/
-inch buitendiameter en
4
1
/
-inch buitendiameter
4
3
/
" om instrumentlucht (of de BioTector-
8
Specificaties
op pagina 3.
1
/
-inch binnendiameter
8
Afbeelding
3 SAMPLE OUT-fitting
Installatie
15.
39