Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Het Voertuig Na Opslag Weer In Gebruik Nemen - Club Car Carryall 294 2005 Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

4.2. Volg de aanwijzingen van de fabrikant en voeg een in de handel verkrijgbare brandstofstabilisator toe
(zoals Sta-Bil
onbehandelde brandstof in de carburateur kan vervangen.
4.3. Koppel de ontluchtingsslang los van de ontluchtingsnippel van de brandstoftank (Figuur 34,
pagina 42).
4.4. Sluit de ontluchtingsnippel van de brandstoftank luchtdicht af. Club Car beveelt een vinyl dop aan
die u over de ontluchtingsnippel schuift.
5. Verwijder beide bougies en giet 14,2 mL (1/2 oz) SAE 10-olie in beide bougiegaten. Draai de motor-
krukas verschillende malen handmatig aan en installeer dan beide bougies.
Dieselvoertuigen:
6. Bereid de brandstoftank voor.
6.1. Vul de brandstoftank met verse brandstof.
6.2. Koppel de ontluchtingsslang los van de ontluchtingsnippel van de brandstoftank (Figuur 35,
pagina 42).
6.3. Sluit de ontluchtingsnippel van de brandstoftank luchtdicht af. Club Car beveelt een vinyl dop aan
die u over de ontluchtingsnippel schuift.
7. Ververs de motorolie. Zie Motorolie verversen en filter vervangen op pagina 35.
Alle voertuigen:
8. Koppel de accukabels los, de negatieve (-) kabel eerst. Zie WAARSCHUWING 'Om te voorkomen dat
het voertuig per ongeluk start...' op pagina 11.
9. Zorg ervoor dat de accu's schoon en corrosievrij zijn. Was de bovenzijde van de accu's en de polen af
met een oplossing van natriumcarbonaat en water (237 mL [1 cup] natriumcarbonaat op 3,8 L [1 gal]
water). Spoel af met water. Laat deze vloeistof niet de accu's in lopen. Controleer of de kabels goed op
de accupolen aangesloten zijn. Laat de polen drogen en bedek ze met een laagje Battery Terminal Pro-
tector Spray (CCI onderdeelnr. 1014305).
10. Pas de bandendruk aan volgens de aanbevolen spanning. Zie Voertuigspecificaties op pagina 48.
11. Voer de halfjaarlijkse smeerbeurt uit. Zie Periodiek smeerschema op pagina 32.
12. Maak de voor- en achterzijde van de carrosserie grondig schoon, zowel als de zittingen, het laadplat-
form, de motorruimte en de onderzijde van het voertuig.
13. Schakel de parkeerrem niet in. Blokkeer de wielen om te voorkomen dat het voertuig wegrolt.

HET VOERTUIG NA OPSLAG WEER IN GEBRUIK NEMEN

1. Zorg ervoor dat het contactslot in de stand UIT staat en de vooruit-/achteruithendel in VRIJLOOP (N)
staat. Blokkeer de wielen.
2. Maak het brandstofsysteem gebruiksklaar (Figuur 34, pagina 42 of Figuur 35, pagina 42).
2.1. Verwijder de plug van de ontluchtingsnippel van de brandstoftank.
2.2. Verbind de ventilatiebuis met de ontluchtingsnippel van de brandstoftank.
3. Sluit de accukabels (eerst de pluskabel [+]) aan en haal de polen aan met 27,1 N·m (20 ft-lb). Breng een
laagje Battery Terminal Protector Spray (CCI onderdeelnr. 1014305) op de polen aan.
4. Alleen benzinevoertuigen: Open de brandstofafsluiter volledig (Figuur 13). Zorg ervoor dat de
afsluiter volledig open is. Een gedeeltelijk gesloten brandstofafsluiter samen met gebruik van de choke
kunnen een vuile bougie en motorstoring veroorzaken (Figuur 14).
5. Zorg ervoor dat de vooruit-/achteruithendel in VRIJLOOP staat. Slinger de motor aan tot brandstof in de
carburateur (benzinevoertuigen) en de brandstofleidingen wordt gepompt en de motor start. Schakel de
motor uit. Zie volgende OPMERKING.
OPMERKING: Omdat als voorbereiding voor de opslag olie in de motor is gegoten, kan de motor bij het
eerste gebruik na de opslag tijdelijk abnormaal veel rook produceren.
6. Volg de Voorbewerking en dagelijkse veiligheidscontroles op pagina 19.
pagina 28
Handleiding voor de eigenaar, 2005 Carryall 294 benzine- en dieselvoertuigen
®
). Laat de motor in een goed geventileerde ruimte lopen, zodat behandelde brandstof de
Opslag

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave