De informatie in dit document kan zonder kennisgeving gewijzigd worden. Club Car behoudt zich het recht voor om wijzigingen aan te brengen aan het ontwerp van voertuigen. Het is niet verplicht deze wijzigingen aan te brengen aan eerder verkochte voertuigen.
WOORD VOORAF Dank u voor uw keuze van een Club Car. U hebt het beste transportvoertuig op de markt gekozen, het voertuig dat algemeen erkend wordt als de topper op het vlak van efficiëntie en levensduur. Draag zorg voor uw investering en...
Club Car hecht het grootste belang aan uw veiligheid en tevredenheid. Daarom verzoeken wij u met aandrang om voorafgaand aan het gebruik, deze handleiding te bestuderen. Begrijp en ken de waarschuwingen en de procedures die u onder GEVAAR, WAARSCHUWING en VOORZICHTIG kunt lezen.
Indien een gebruiksaanwijzingssticker of een waarschuwingssticker op het voertuig beschadigd, verwijderd of niet goed leesbaar is, moet hij onmiddellijk vervangen worden om materiële schade en ernstige of dodelijke verwondingen te voorkomen. Neem contact op met uw Club Car-dealer. GEVAAR • GEVAAR DUIDT OP EEN RECHTSTREEKS RISICO DAT ERNSTIGE OF DODELIJKE VERWONDIN- GEN ZAL VEROORZAKEN.
Algemene waarschuwingen ALGEMENE WAARSCHUWINGEN De volgende veiligheidsvoorschriften moeten altijd worden gerespecteerd bij het gebruik, de reparatie of het onderhoud van het voertuig. Identificatie-informatie over het voertuig vindt u ook vanaf pagina 4. Andere specifieke WAARSCHUWINGEN vindt u in deze handleiding en op het voertuig. GEVAAR •...
Gebruik de volgende lijst bij de inspectie van het nieuwe voertuig. Eventuele defecten mogen uitsluitend hersteld worden door uw Club Car-dealer of een getrainde monteur. • Remmen: Verifieer dat ze goed werken. Wanneer het rempedaal met matige kracht volledig wordt ingedrukt, mag het niet meer dan halfweg tot de vloer gaan.
• Toerenregelaar: Controleer de maximumsnelheid van het voertuig. Het moet op vlak terrein 27-30 km/u rij- den. • Algemeen: Luister of u geen ongewone geluiden zoals geknars of geratel hoort. Controleer het rijgedrag en de prestaties van het voertuig. Laat alle afwijkingen controleren door uw Club Car-dealer of een getrainde monteur. BEDIENINGEN Lees GEVAAR en WAARSCHUWING op pagina 3.
Pagina 15
Bedieningen Figuur 3 Contactslot Figuur 4 Vooruit-/achteruithendel VOORUIT-/ACHTERUITHENDEL De vooruit-/achteruithendel bevindt zich op het paneel van de zitsteun (Figuur 4, pagina 8) . De hendel heeft drie standen: F (VOORUIT), N (VRIJLOOP) en R (ACHTERUIT). Draai de hendel naar de bestuurder toe (F) om VOORUIT te rijden en naar de passagier toe (R) om ACHTERUIT te rijden.
Bedieningen PARKEERREM De parkeerremhendel bevindt zich tussen de zittingen van de bestuurder en dat van de passagier. Om de parkeer- rem in te schakelen trekt u de hendel omhoog totdat hij op zijn plaats vastzit. Om hem uit te schakelen, trekt u de hendel omhoog en drukt u het knopje aan het eind van de hendel in.
Pagina 17
Bedieningen CHOKE De choke bevindt zich op het voorpaneel van de bank, onder en links van de linkerknie van de bestuurder. Indien het voertuig bij koude temperaturen moeilijk start, gebruikt u de choke: trek de chokehendel uit om de choke in werking te stellen.
Stoelvergrendeling en afstelling OLIELAMPJE De Carryall 272 heeft op het dashboard, net rechts van de stuurkolom en het contactslot, een waarschuwings- lampje voor het oliepeil. (Figuur 11). Indien dit lampje brandt, moet u de olie controleren en zo nodig olie bijvullen voor u het voertuig verder gebruikt.
Instructies voor de bestuurder 3. Lijn de gaatjes van de montageplaat uit met de gaatjes in de zitting afhankelijk van de gewenste stoelpositie. 4. Installeer de sluitringen en de bouten en haal ze aan tot 10,8 N·m. 5. Plaats de zitting terug in het voertuig. WAARSCHUWING •...
Instructies voor de bestuurder WAARSCHUWING • PAS UW SNELHEID AAN AAN HET TERREIN (BIJVOORBEELD NAT GRAS OF ONEFFEN BODEM) OM TE VOORKOMEN DAT U DE CONTROLE OVER HET VOERTUIG VERLIEST OF HET DOET KANTELEN. • GEBRUIK HET VOERTUIG NIET OP DE OPENBARE WEG. HET IS NIET ONTWORPEN OF BEDOELD VOOR GEBRUIK OP STRAAT EN MAG NIET WORDEN GEREGISTREERD VOOR GEBRUIK OP DE OPENBARE WEG.
Platformvergrendeling VOORZICHTIG • GEBRUIK HET REMPEDAAL OM OP EEN HELLING STIL TE BLIJVEN STAAN. GEBRUIK NIET HET SNELHEIDSPEDAAL. HET VOERTUIG PARKEREN EN VERLATEN 1. Nadat u het voertuig tot stilstand hebt gebracht, schakelt u de handrem in totdat hij blokkeert. Zorg ervoor dat hij volledig ingeschakeld is.
Schoorstang SCHOORSTANG Lees GEVAAR en WAARSCHUWING op pagina 3. De Carryall 272 is voorzien van een automatisch ingrijpende schoorstang en een schoorstangrail aan de zijde van de passagier op de carrosserie achteraan. (Figuur 14, pagina 15). Wanneer men aan de hendel van de platformvergrendeling trekt en het platform opheft, zal de schoorstang in één van de inkepingen in de schoorstangrail rusten.
Laden en lossen LADEN EN LOSSEN Plaats en bevestig de lading zo ver mogelijk naar voren en in het midden van het vrachtplatform. Overlaad het voertuig niet. Het totale laadvermogen van het voertuig bedraagt 545 kg. Dat omvat de passagiers en een maximaal laadvermogen voor het vrachtplatform van 363 kg.
DEN. INDIEN U DIT NIET DOET, ZOU HET VOERTUIG KUNNEN KANTELEN, WAT ERNSTIGE PERSOONLIJKE VERWONDINGEN ZOU KUNNEN VEROORZAKEN. Aangezien het trekken van een ander Club Car-voertuig of een aanhangwagen de hanteerbaarheid van het voer- tuig negatief kan beïnvloeden, moet u bijzonder voorzichtig zijn wanneer u met een Carryall 272 een aanhangwa- gen trekt.
Opslag OPSLAG Lees GEVAAR en WAARSCHUWING op pagina 3. GEVAAR • TRACHT NOOIT BENZINE AF TE TAPPEN WANNEER DE MOTOR WARM IS OF NOG DRAAIT. • RUIM ALLE GEMORSTE BENZINE OP VOOR U HET VOERTUIG GEBRUIKT. • BEWAAR BENZINE UITSLUITEND IN EEN GOEDGEKEURD BENZINEBLIK. BEWAAR ZE IN EEN GOED GEVENTILEERDE RUIMTE, VERWIJDERD VAN VONKEN, OPEN VUUR, VERWARMINGSTOE- STELLEN EN ANDERE HITTEBRONNEN.
Opslag 3. Maak de carburateur leeg en verzegel de benzinetank. 3.1. Plaats de vooruit-/achteruithendel in N (vrijloop) en de vrijloop-vergrendelingsnok in de ONDER- HOUDSPOSITIE. Draai de brandstofafsluiter op closed (OFF) (gesloten of uit) (figuur 15, pagina 18), en laat de motor draaien tot de in de carburateur en brandstofleidingen achtergebleven benzine verbruikt is en de motor stilvalt.
Onderhoud ONDERHOUD Lees GEVAAR en WAARSCHUWING op pagina 3. ALGEMENE INFORMATIE Het is bijzonder belangrijk dat u een bepaald preventief onderhoudsschema volgt (voor geregeld onderhoud, zie pagina 22) om ervoor te zorgen dat het voertuig probleemloos blijft werken. Een regelmatig en systematisch onderhoud zal defecten en dure reparaties door verwaarlozing voorkomen.
Periodiek onderhoudsschema PERIODIEK ONDERHOUDSSCHEMA WAARSCHUWING • ALLE ONDERHOUD, REPARATIES EN AFSTELLINGEN MOETEN UITGEVOERD WORDEN VOLGENS DE INSTRUCTIES IN DE 2000 CARRYALL 272 ONDERHOUDS- EN SERVICEHANDLEIDING. OPMERKING • INDIEN HET VOERTUIG VOORTDUREND ZWARE LADINGEN TRANSPORTEERT OF EEN AANHANGWA- GEN TREKT, MOET DIT PREVENTIEVE ONDERHOUD VAKER WORDEN UITGEVOERD DAN VERMELD IN HET PERIODIEKE ONDERHOUDSSCHEMA.
PERIODIEK SMEERSCHEMA VASTE INTERVAL ONDERHOUD PLAATS* AANBEVOLEN SMEERMIDDEL Kogellagers rempedaalstang Dry Moly Lube – Club Car Nr. 1012151 Scharnieren snelheidspedaal, steu- Dry Moly Lube – Club Car Nr. 1012151 Halfjaarlijks door eige- nen en scharnieren schakelkabel naar of getrainde mon- Chassis smeermiddel –...
Motorolie REMVLOEISTOF De remvloeistof moet tot 6 mm van de bovenkant van het reservoir komen. (Figuur 19, pagina 23). De remvloei- stof moet bovendien schoon zijn en er mogen geen resten of andere sporen van vervuiling aanwezig zijn op de bodem van het reservoir.
Instructies voor het tanken INSTRUCTIES VOOR HET TANKEN GEVAAR • DRAAI HET CONTACTSLOT OP OFF (UIT) ALVORENS U TANKT. • GIET NOOIT BENZINE IN DE TANK WANNEER DE MOTOR WARM IS OF NOG DRAAIT. • DE BENZINEPOMP MOET GEAARD ZIJN, OM ELEKTRISCHE BOOGVORMING DOOR STATISCHE ELEKTRICITEIT TE VOORKOMEN.
(250 mL natriumcarbonaat in 3,8 L water) Spoel de oplossing af. Laat de oplossing niet in de batterij dringen. Controleer of de kabels goed op de batterijpolen aangesloten zijn. Laat de polen drogen en bespuit ze met Club Car-beschermspray voor batterijen (Club Car-onderdeelnr. 1014305). VOORZICHTIG •...
Een tuinslang met normale residentiële waterdruk mag worden gebruikt. Club Car raadt het wassen onder druk of reinigen m.b.v. stoom niet aan. Bij een dergelijke methode (vooral wan- neer achteraan de carrosserie werd verwijderd) worden elektrische onderdelen blootgesteld aan vocht. Indien vocht in de elektrische onderdelen binnendringt, kan dat leiden tot waterschade en uiteindelijk tot defecte onderdelen.
Club Car te registreren. Dit geeft ons de mogelijkheid om indien nodig contact met u op te nemen. Stuur uw naam, adres en het/de serienummer(s) van het/de voertuig(en) naar Club Car, Inc. P.O. Box 204658, Augusta, GA, 30917-4658, USA, ATTN: Vehicle Registration.
TRANSPORT- EN GEBRUIKSVOERTUIGEN 1. GARANTIE Bij deze garandeert CLUB CAR, INC. (“CLUB CAR”) de originele eerste koper dat het nieuwe 2000 Model trans- port- en gebruiksvoertuig, gekocht van CLUB CAR of een geautoriseerde transport-/gebruiksvoertuigdealer voor gebruik in de Verenigde Staten of in Canada, geen defecten heeft met betrekking tot materialen en vakmanschap bij normaal gebruik en onderhoud als transport- en gebruiksvoertuig in de hieronder aangegeven periode, afhankelijk van bepalingen, beperkingen en uitzonderingen zoals vermeld in deze beperkte garantieverklaring.
VAN DEZE GARANTIE UITGESLOTEN. DE KOPER EN CLUB CAR KOMEN UITDRUKKELIJK OVEREEN DAT HET VERHAAL VAN REPARATIE OF VERVANGING VAN HET DEFECTE VOERTUIG OF ONDERDEEL DAAR- VAN HET EXCLUSIEVE EN ENIGE VERHAAL VAN DE KOPER IS. CLUB CAR VERSCHAFT GEEN ENKELE ANDERE GARANTIEVERTEGENWOORDIGING, EN GEEN VERTEGENWOORDIGER, WERKNEMER OF...
Pagina 40
Handleiding nr. 1020701-07 Uitgavecode 0899A00000 Transportation and Utility Vehicles/Gasoline Club Car, Inc., P.O. Box 204658 Augusta, GA 30917-4658...