Lichtschakelaar
Verlichting voor en achter
U kunt de verlichting selecteren door deze ring
te draaien.
Lampen uit
Automatisch inschakelen van de verlichting
Parkeerlichten
Dimlicht (groen)
Grootlicht (blauw)
Schakelen tussen dim- en
grootlicht
F Trek de hendel volledig naar u toe.
Herinnering vergeten verlichting
Bij het afzetten van het contact gaat alle
verlichting uit, behalve het dimlicht als de
automatische follow me home-verlichting is
geactiveerd.
F Draai om de lichtschakelaar te activeren
terwijl de verlichting uit is, de ring in de
stand 0 en vervolgens in de stand van uw
keuze.
Als het bestuurdersportier geopend wordt en
de verlichting ingeschakeld is, klinkt er een
geluidssignaal.
Om te voorkomen dat de accu leegraakt, wordt
na dertig minuten de eco-mode geactiveerd
zonder tussenkomst van de gebruiker. De
functies worden gepauzeerd en het acculampje
knippert.
De eco-mode heeft geen invloed op de
parkeerlichten.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over de eco-mode.
Mistlampen vóór en
mistachterlicht
Deze verlichting werkt in combinatie met de
parkeerlichten en het dimlicht.
Verlichting en zicht
Selecteer de verlichting door de ring naar voren
te draaien (inschakelen) en naar achteren te
draaien (uitschakelen).
De status wordt aangegeven door het lampje
op het instrumentenpaneel.
Mistlampen vóór (groen, de
ring wordt eenmaal naar voren
gedraaid).
Mistachterlicht (oranje, de ring wordt
tweemaal naar voren gedraaid).
Draai de ring tweemaal naar achteren om de
mistlampen vóór en het mistachterlicht uit te
schakelen.
Bij helder of regenachtig weer,
zowel overdag als 's nachts, is het
mistachterlicht verblindend voor
medeweggebruikers en daarom niet
toegestaan.
Vergeet niet de mistlampen uit te
schakelen zodra ze niet meer nodig zijn.
Door de automatische verlichting van
de koplampen wordt het mistachterlicht
uitgeschakeld, maar de mistlampen vóór
blijven branden.
4
71