Productfuncties
5.1.9 Automatische energieoptimalisatie
Automatische energieoptimalisatie (AEO) zorgt ervoor dat
de frequentieregelaar voortdurend de belasting op de
motor bewaakt en de uitgangsspanning aanpast voor een
optimaal rendement. Bij een lichte belasting wordt de
spanning verlaagd en wordt de motorstroom geminima-
liseerd. De motor pro teert van:
•
een hoger rendement;
•
minder warmte;
•
een stillere werking.
Het is niet nodig om een V/Hz-curve te selecteren, omdat
de frequentieregelaar de motorspanning automatisch
aanpast.
5.1.10 Automatic Switching Frequency
Modulation (ASFM)
De frequentieregelaar genereert korte elektrische pulsen
om een AC-golfpatroon te creëren. De schakelfrequentie is
gelijk aan de frequentie van deze pulsen. Een lage schakel-
frequentie (trage pulsfrequentie) veroorzaakt hoorbaar
geluid in de motor. Daarom gaat de voorkeur uit naar een
hogere schakelfrequentie. Een hogere schakelfrequentie
genereert echter warmte in de frequentieregelaar, wat de
hoeveelheid beschikbare stroom voor de motor kan
beperken.
ASFM regelt deze condities automatisch om de hoogst
mogelijke schakelfrequentie te bieden zonder overver-
hitting van de frequentieregelaar te veroorzaken. Door een
geregelde hoge schakelfrequentie te leveren werkt de
motor stiller bij lage toerentallen, wanneer hoorbaar geluid
een kritische factor is, terwijl het volledige uitgangs-
vermogen aan de motor wordt geleverd wanneer dit nodig
is.
5.1.11 Automatische reductie wegens hoge
schakelfrequentie
De frequentieregelaar is bedoeld voor een continue
werking met volledige belasting bij schakelfrequenties van
1,5-2 kHz voor 380-500 V en 1-1,5 kHz voor 525-690 V. Het
frequentiebereik hangt af van de vermogensklasse en het
nominale vermogen. Een schakelfrequentie die hoger is
dan het maximaal toegestane bereik, genereert meer
warmte in de frequentieregelaar, waardoor de uitgangs-
stroom moet worden verlaagd.
Een automatische functie van de frequentieregelaar is een
belastingafhankelijke regeling van de schakelfrequentie.
Dankzij deze functie kan de motor pro teren van de
hoogst mogelijke schakelfrequentie op basis van de
belasting.
MG34S310
Design Guide
5.1.12 Prestaties bij
De frequentieregelaar is bestand tegen netschommelingen
zoals:
•
•
•
•
De frequentieregelaar compenseert ingangsspanningen die
±10% afwijken van de nominale spanning automatisch, om
de/het volledige nominale motorspanning en koppel te
leveren. Wanneer een automatische herstart is
geselecteerd, start de frequentieregelaar automatisch weer
op na een spanningstrip. Bij vliegende start wordt de
frequentieregelaar vóór het starten gesynchroniseerd met
de motorrotatie.
5.1.13 Resonantiedemping
Resonantiedemping elimineert het hoogfrequente resonan-
tiegeluid van de motor. Frequentiedemping kan zowel
automatisch als handmatig worden geselecteerd.
5.1.14 Temperatuurgeregelde ventilatoren
Sensoren in de frequentieregelaar regelen de werking van
de interne koelventilatoren. De koelventilatoren werken
vaak niet bij lage belastingen, in de slaapmodus of in
stand-by. Deze sensoren beperken het geluid, verhogen
het rendement en verlengen de levensduur van de
ventilator.
5.1.15 EMC-conformiteit
Elektromagnetische interferentie (EMI) of radiofrequente
interferentie (RFI) is interferentie die een elektrisch circuit
kan verstoren vanwege elektromagnetische inductie of
straling vanaf een externe bron. De frequentieregelaar is
ontworpen om te voldoen aan de EMC-productnorm voor
frequentieregelaars, IEC 61800-3, en aan de Europese norm
EN 55011. Om aan de emissieniveaus van EN 55011 te
voldoen, moeten motorkabels zijn afgeschermd en correct
zijn aangesloten. Zie hoofdstuk 10.15.1 EMC-testresultaten
voor meer informatie over EMC-prestaties.
5.1.16 Galvanische scheiding van
Alle stuurklemmen en uitgangsrelaisklemmen zijn
galvanisch gescheiden van de netvoeding, waardoor het
stuurcircuit volledig wordt afgeschermd van de ingangs-
stroom. De uitgangsrelaisklemmen hebben een eigen
aarding nodig. Deze galvanische scheiding voldoet aan de
Danfoss A/S © 11/2017 Alle rechten voorbehouden.
spanningsschommelingen
transiënten;
kortstondige uitval van de netvoeding;
kortstondige spanningsdalingen;
stootspanningen.
stuurklemmen
5
5
21