Overwegingen voor mechanisc...
Afbeelding 9.3 Aanbevolen hijsmethode voor behuizing
F3/F4/F11/F12/F13
Afbeelding 9.4 Aanbevolen hijsmethode voor behuizing F8
9.3 Bedrijfsomgeving
In omgevingen met vloeistofnevel, deeltjes of corrosieve
gassen moet u ervoor zorgen dat de IP/Type-klasse
overeenkomt met de installatieomgeving. Zie
hoofdstuk 7.5 Omgevingscondities voor speci caties met
betrekking tot de omgevingscondities.
MG34S310
Design Guide
LET OP
CONDENSATIE
Vocht kan condenseren op de elektronische
componenten en kortsluiting veroorzaken. Vermijd
installatie in gebieden waar vorst kan optreden.
Installeer een optionele kastverwarming als de frequen-
tieregelaar kouder is dan de omgevingslucht. De kans op
condensatie wordt kleiner als u de frequentieregelaar in
de stand-bymodus laat werken, zolang de vermogensdis-
sipatie ervoor zorgt dat de circuits vrij van vocht blijven.
LET OP
EXTREME OMGEVINGSCONDITIES
Warme en koude temperaturen hebben een negatieve
invloed op de prestaties en levensduur van de eenheid.
•
•
•
9.3.1 Gassen
Agressieve gassen, zoals waterstofsul de, chloor of
ammoniak, kunnen de elektrische en mechanische
componenten beschadigen. In de eenheid worden gecoate
printkaarten toegepast om de e ecten van agressieve
gassen tegen te gaan. Zie hoofdstuk 7.5 Omgevingscondities
voor de speci catie en classi catie van coatings.
9.3.2 Stof
Let op de volgende punten als u de frequentieregelaar in
een sto ge omgeving installeert:
Periodiek onderhoud
Wanneer stof zich ophoopt op elektronische componenten,
werkt dat als een isolatielaag. Deze laag vermindert de
koelcapaciteit van de componenten, waardoor de
componenten warmer worden. De warmere omgeving
verkort de levensduur van de elektronische componenten.
Voorkom dat stof zich op het koellichaam en de
ventilatoren ophoopt. Zie de bedieningshandleiding voor
meer informatie over service en onderhoud.
Danfoss A/S © 11/2017 Alle rechten voorbehouden.
Gebruik de frequentieregelaar niet in
omgevingen waar de omgevingstemperatuur
hoger is dan 55 °C (131 °F).
De frequentieregelaar kan werken bij
temperaturen vanaf -10 °C (14 °F). Een juiste
werking bij nominale belasting is echter alleen
gegarandeerd bij temperaturen van 0 °C (32 °F)
en hoger.
Als de temperatuur de limieten voor de
omgevingstemperatuur overschrijdt, is extra
klimaatregeling van de kast of installatieplek
noodzakelijk.
9
9
151