Flexibele klimaatregeling voor kantoorgebouwen.
Lees alle delen van deze handleiding door zodat een correcte
installatie en optimaal functioneren van de KaController wordt
gewaarborgd.
Volg altijd de volgende veiligheidsaanwijzingen op:
Haal de spanning van alle installatieonderdelen waaraan
wordt gewerkt.
Beveilig de installatie tegen onbevoegd opnieuw
inschakelen!
Wacht na het uitschakelen van het apparaat de stilstand van
de ventilator af, voordat u aan de installatie- en
onderhoudswerkzaamheden begint.
Let op! Buizen, omkastingen en aanbouwdelen kunnen
afhankelijk van de bedrijfsmodus heel heet of heel koud
worden!
Vakmensen moeten op basis van hun opleiding onder andere
voldoende kennis hebben van:
veiligheids- en ongevallenpreventievoorschriften
richtlijnen en erkende regels van de techniek zoals
bijv. VDE-bepalingen
NEN- en EN-normen
ongevallenpreventievoorschriften VBG, VBG4, VBG9a
DIN VDE 0100, DIN VDE 0105
EN 60730 (deel 1)
voorschriften (technische aansluitvoorwaarden) van het
plaatselijke energiebedrijf
Tijdens de montage moet u het product tegen vocht
beschermen. Neem bij twijfel over het gebruik contact op met
de fabrikant.
Ander of uitgebreider gebruik geldt als niet-beoogd. Voor de
schade die het gevolg hiervan is, is alleen de exploitant van het
apparaat aansprakelijk. Tot beoogd gebruik hoort ook het in
acht nemen van de aanwijzingen met betrekking tot de
montage, die in deze handleiding beschreven staan.
Veranderingen aan het apparaat
Breng zonder overleg met de fabrikant geen veranderingen
aan en voer geen ombouw- of aanbouwwerkzaamheden aan
de KaController of KaDeck uit, omdat dit de veiligheid en de
werking kan schaden.
Voer geen ingrepen aan het apparaat uit die niet in deze
handleiding staan beschreven. Bouwzijdige aanbouwdelen en
te leggen leidingen moeten geschikt zijn voor de beoogde
integratie in het systeem!
KaDeck
Montage- en installatiehandleiding
3.26
33