3.26
KaDeck
Flexibele klimaatregeling voor kantoorgebouwen.
Montage- en installatiehandleiding
Beveiligen tegen opnieuw inschakelen
8.2
Onderhoudsschema
Interval
Onderhoudswerk
Indien nodig
Weergave op ruimtebedieningsapparaat – neem eerst de speciale handleiding van
het ruimtebedieningsapparaat in acht
Regelmatige visuele controle van de bevestigingen en op beschadigingen
Elke drie
Visuele controle filter, indien nodig vervangen of reinigen
maanden
Elke zes maanden
Binnenkant van het apparaat reinigen
Elke zes maanden
Wateraansluitingen, ventielen, schroefkoppelingen controleren
Elke zes maanden
Warmtewisselaar ontluchten
Elke zes maanden
Elektrische aansluitingen controleren
Elke zes maanden
Uitblaasrooster reinigen, afzettingen uit luchtstroom verwijderen
Elke zes maanden
Onderhoud van de condensaatpomp, vlotterschakelaar en alarmmelding
(uitvoering natte koeling)
Elke zes maanden
Reiniging van de condensaatbak (uitvoering natte koeling)
Elke zes maanden
Dauwpuntsensor op verontreiniging en werking controleren. Vervang zo nodig de sensor.
80
1.
Schakel het apparaat uit.
2.
Schakel de energievoorziening uit.
3.
Voorzie de stroomonderbreker van het stroomnet
van een plaatje dat wijst op de werkzaamheden in de
gevarenzone en inschakelen verbiedt. Voorzie het plaatje
van de volgende gegevens:
Uitgeschakeld op:
Uitgeschakeld om:
Uitgeschakeld door:
Aanwijzing: niet inschakelen!
Aanwijzing: pas inschakelen, nadat is gewaarborgd
dat er geen gevaar voor personen bestaat.
In de volgende paragrafen staan de
onderhoudswerkzaamheden beschreven die voor een optimaal
en storingsvrij gebruik van het apparaat noodzakelijk zijn.
Indien bij regelmatige controles een hogere slijtage wordt
vastgesteld, dienen de noodzakelijke onderhoudsintervallen op
basis van de daadwerkelijke slijtageverschijnselen te worden
aangepast.
Als het apparaat conform VDI 6022 wordt gebruikt, moeten
onderhoudsintervallen van enkele secties worden aangepast
aan de specificaties van VDI 6022 (tabel 6, paragraaf 2,
decentrale RLT-apparaten/eindapparaten) of moeten de
intervallen dienovereenkomstig worden ingekort.
De activiteiten mogen alleen worden uitgevoerd door
personen die hiervoor een training volgens categorie B (in
sommige gevallen categorie C) hebben gevolgd.
Personal
Technisch beheerder/gebruiker
Technisch beheerder/gebruiker
Technisch beheerder/gebruiker
Technisch beheerder/gebruiker
Technisch beheerder/gebruiker
Technisch beheerder/gebruiker
Technisch beheerder/gebruiker
Technisch beheerder/gebruiker
Technisch beheerder/gebruiker
Technisch beheerder/gebruiker
Technisch beheerder/gebruiker