Motorfiets neerzetten
5
Op de zijstandaard
plaatsen
84
Op een losse ondergrond
staat de motorfiets niet vei-
lig.
De standaard moet altijd op
een vlakke en vaste ondergrond
rusten.
z
Motor uitschakelen.
Remhendel bedienen.
De motorfiets recht zetten en
in balans brengen.
De zijstandaard met de linker-
voet tot de aanslag opzij klap-
pen.
De zijstandaard is alleen
voor het gewicht van de
motorfiets geconstrueerd.
Bij een uitgeklapte zijstandaard
niet op de motorfiets
plaatsnemen.
De motorfiets langzaam op de
standaard laten zakken, daarbij
uw gewicht van de motorfiets
nemen en van de motorfiets
afstappen.
Als de motorfiets op de zij-
standaard staat, is het van
de ondergrond afhankelijk of het
stuur naar links of naar rechts
wordt gedraaid. Op een horizon-
tale ondergrond staat de motor-
fiets echter stabieler als het stuur
tegen de linker aanslag staat in
plaats van tegen de rechter aan-
slag.
Op een horizontale ondergrond
het stuur altijd tegen de linker
aanslag draaien om het stuurslot
te vergrendelen.
Stuur tot de aanslag geheel
naar links of rechts draaien.
Controleren of de motorfiets
stevig staat.
De motorfiets op hellin-
gen in de richting "bergop-
waarts" neerzetten en de 1e ver-
snelling inschakelen.
Stuurslot vergrendelen.
Van de zijstandaard
afhalen
Stuurslot ontgrendelen.
Van links het stuur met beide
handen vastpakken.
Remhendel bedienen.
Het rechterbeen over de mo-
torfiets zwaaien, daarbij de mo-
torfiets rechtop zetten.
De motorfiets recht zetten en
in balans brengen.
Een uitgeklapte zijstandaard
kan bij een rijdende motor-
fiets aan de ondergrond blijven
haken en u ten val brengen.
Zijstandaard inklappen, voordat
de motorfiets wordt verplaatst.
Gaan zitten en de zijstandaard
met de linkervoet terugklappen.