ONDERHOUDSSCHEMA
Het onderhoud is zeer belangrijk om uw voertuig in een veilig functionerende toe-
stand te houden. De eigenaar is verantwoordelijkheid voor een behoorlijk onder-
houd. Voer de periodieke controles uit en volg het onderhoudsprogramma.
Als het voertuig niet behoorlijk volgens het onderhoudsprogramma en de
onderhoudsprocedures wordt onderhouden kan dat rijden op het voertuig
onveilig maken.
A: Afregelen
C: Reinigen
I: Inspecteren
L: Smeren
R: Vervangen
ONDERDEEL/TAAK
MOTOR
(1)
Motorolie
en filter
Klepspeling
Luchtfilter
Motorpakkingen
Motorbevestigingen
Uitlaatsysteem
Vonkafleider knalpot
KOELSYSTEEM
Motorkoelvloeistof
(1)
Radiatordop/koelsysteem-
drukproef
Radiator
MOTORBEHEERSSYSTEEM (EMS)
EMS-sensoren
EMS-foutcodes
______________
106
WAARSCHUWING
PERIODIEK ONDERHOUDSSCHEMA
Eerste inspectie 10 uur of 300 km
25 u of 750 km
50 u of 1.500 km
R
I, A,
I, A,
I
C
(2)
R
(2)
L
(6)
I
I
I
I
I
I, C
(1)
I
I
100 u of 1 jaar of 3.000 km
200 u of 2 jaar of 6.000 km
Uit te voeren door
R
Klant
Dealer
Klant
I
Dealer
I
Dealer
I
Dealer
C
Klant
(3)
R
Klant
I
Dealer
Klant
I
Dealer
I
Dealer
LEGENDE
(1) Te inspecte-
ren voor elke rit.
(2) Vaker in stoffige
omstandigheden. Zie
LUCHTFILTER
ON-
in de
DERHOUDSPROCEDURES
(6) Er moet olie worden toe-
gevoegd aan het schuimfil-
terelement van de luchtfilter.
(1) Te inspecteren
voor elke rit.
(3) Koelvloeistof om de
100 uur controleren.
–
.