9.
LPT1: ECP-printerpoort en Volgende selecteren.
10. Een naam voor de printer van maximaal 31 tekens invoeren of de
standaardnaam in het venster met de printernaam overnemen.
Deze naam wordt gebruikt in de vensters Printers en wachtrij.
Het invoeren van een naam die langer is dan 31 tekens kan bij bepaalde
netwerkapplicaties tot afdrukproblemen leiden.
11. Indien u de DocuColor 2006 als de standaardprinter wilt instellen,
het keuzerondje Ja selecteren; zoniet, Nee selecteren. Volgende
selecteren.
12. In het volgende dialoogvenster Nee selecteren om te wachten
met het afdrukken van een testpagina en Voltooien selecteren.
Na voltooiing van de installatie wordt het venster Printers
weergegeven met een pictogram van de geïnstalleerde printer.
Xerox DocuColor 2006
9. Gebruikerssoftware installeren in een Windows 95/98-omgeving
9–5