BEDIENING EN BELANGRIJKE TIPS VOOR HET RIJDEN
Tips voor het beperken van het
benzineverbruik
Het benzineverbruik van uw motorfiets
hangt voor een groot deel af van uw rijstijl.
Hieronder volgen enkele tips voor het be-
perken van het benzineverbruik:
Laat de motor warmdraaien voordat u
wegrijdt.
Zet de chokeknop (choke) zo snel mo-
gelijk in de uit-stand terug.
Schakel vlot door naar een hogere
versnelling en laat de motor tijdens het
accelereren niet teveel toeren maken.
5
Geef geen gas tussen het schakelen
door (dubbel-clutch) of tijdens het te-
rugschakelen en vermijd hoge toeren-
tallen bij onbelaste motor.
Zet de motor af in plaats van deze
lang stationair te laten draaien tijdens
het wachten voor een stoplicht, een
spoorwegovergang e.d..
DAU00424
Inrijden
De meest belangrijke periode voor de pres-
taties en de levensduur van uw motorfiets
zijn de eerste 1.000 km. Lees de onder-
staande paragraaf aandachtig door en volg
de aanwijzingen hiervan op. Aangezien de
motor nieuw is, dient u deze de eerste
1.000 km niet al te zwaar te belasten. De
motor-onderdelen dienen zich naar elkaar
te zetten en zich harmonieus aan elkaar
aan te passen. Tijdens de inrijperiode dient
u lange tijd met vol gas rijden en andere
omstandigheden die kunnen leiden tot te
zware belasting/verhitting van de motor, te
vermijden.
DAU00436
Van 0 tot 150 km
Zorg dat de motor niet boven 1/3 van het to-
tale toerental komt. Zet de motor na onge-
veer 1 uur uit en laat deze 5 à 10 minuten
afkoelen. Varieer, tijdens het rijden, de
snelheid van de motorfiets.
Van 150 tot 500 km
Zorg bij langdurig gebruik dat de motor niet
boven 1/2 van het totale toerental komt.
Laat de motorfiets soepel door alle versnel-
lingen heen accelereren, echter zonder vol
gas te geven.
500 tot 1.000 km
Laat de kruissnelheid niet boven 3/4 van
het totale toerental komen.
LET OP:
@
Na 1.000 km rijden dient u de motorolie
en de transmissie-olie te verversen en
het oliefilter te vervangen.
@
5-5
DAU00444
DC000056