F UNKTIE VAN DE INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
3 -
3
Kontaktslot-schakelaar
De kontaktslot-schakelaar (hoofdschake-
laar) dient voor het in- en uitschakelen van
de ontsteking en van de verlichting. Hieron-
der volgt de beschrijving van de bediening.
ON
De elektrische circuits worden ingescha-
keld en de motor kan nu gestart worden.
Als de kontaktslot-schakelaar in deze stand
staat, kan de sleutel niet verwijderd worden.
OFF
Alle elektrische circuits zijn uitgeschakeld.
Als de kontaktslot-schakelaar in deze stand
staat, kan de sleutel verwijderd worden.
1. Indrukken
2. Loslaten
DAU00028
3. Draaien
P (Parkeerstand)
Het achterlicht en het parkeerlicht staan
aan maar verder zijn alle elektrische circuits
uitgeschakeld. Steek de sleutel in de
kontaktslot-schakelaar
DAU00036
"OFF" staat, druk hem aan en laat weer los.
Draai de sleutel vervolgens linksom naar
"P" en verwijder deze. (Gebruik deze stand
niet al te lang, want de accu zou leeg kun-
nen raken.) Om deze "parkeerstand" uit te
schakelen, draait u de sleutel rechtsom.
DAU00038
1. Grootlicht-kontrolelampje "
2. Vrijstand-kontrolelampje "
3. Richtingsaanwijzer-kontrolelampje "
DAU00055
Kontrolelampjes
Grootlicht-kontrolelampje "
Dit kontrolelampje licht op als het grootlicht
wordt ingeschakeld.
terwijl
deze
op
Vrijstand-kontrolelampje "
Dit kontrolelampje licht op als de versnelling
in zijn vrij staat.
Richtingsaanwijzer-kontrolelampje
"
Dit kontrolelampje knippert als de richtin-
gaanwijzer naar links of naar rechts wordt
gezet.
3-1
"
"
"
"
"
DAU00027
"
DAU00056
DAU00063
DAU00061
DAU00057