Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Duikmodi; De Zwembadduikmodus Gebruiken - Garmin DESCENT MK1 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor DESCENT MK1:
Inhoudsopgave

Advertenties

• U mag niet duiken met een gasfles als u niet zelf de inhoud hebt gecontroleerd en de analysewaarde op het
toestel hebt ingevoerd. Als u de inhoud van de tank niet controleert en niet de juiste gaswaarden op het
toestel invoert, is de duikplaninformatie onjuist, met mogelijk ernstig letsel of de dood tot gevolg.
• Als u duikt met meerdere gasmengsels, loopt u meer risico dan wanneer u duikt met een enkel gasmengsel.
Fouten met betrekking tot het gebruik van meerdere gasmengsels hebben mogelijk ernstig letsel of de dood
tot gevolg.
• Zorg altijd dat u veilig naar de oppervlakte kunt zwemmen. Als u snel naar de oppervlakte zwemt, neemt het
risico op DCZ toe.
• Als u de decovergrendeling op het toestel inschakelt, neemt het risico op DCZ mogelijk toe, met mogelijk
ernstig letsel of de dood tot gevolg. Uitschakelen van deze functie gebeurt op eigen risico.
• Als u de een vereiste decompressiestop niet uitvoert, heeft dit mogelijk ernstig letsel of de dood tot gevolg.
Zwem nooit hoger dan de weergegeven diepte voor de decompressiestop.
• Voer altijd tussen 3 en 5 meter (9,8 en 16,4 feet) diepte een decompressiestop van 3 minuten uit, ook als er
geen decompressiestop vereist is.

Duikmodi

Het Descent Mk1 toestel ondersteunt zes duikmodi. Elke duikmodus heeft vier fasen: Veiligheidscontrole vóór
de duik, oppervlakteweergave, tijdens duik en na de duik.
Single-gas: In deze modus duikt u met één gas. U kunt maximaal 11 extra gassen instellen als back-upgassen
Multi-gas: Met deze modus kunt u meerdere gasmengsels configureren en van gas wisselen tijdens de duik. U
kunt een zuurstofgehalte instellen van 5 tot 100%. Deze modus ondersteunt één bodemgas en maximaal 11
extra gassen voor decompressie of als back-up.
OPMERKING: Reservegassen worden niet gebruikt in decompressieberekeningen voor no-decompression
limit (NDL; geen-decompressielimiet) en time to surface (TTS; tijd tot oppervlakte) totdat u ze activeert
tijdens een duik.
CCR: Met deze modus voor het duiken van gesloten circuit van de ontluchter (CCR) kunt u twee partiële 'druk
van instelpunten' voor zuurstof (PO2), verdunningsgassen met gesloten circuit (CC) en decompressie- en
back-upgassen met open circuit (OC) configureren.
Gauge: Met deze modus kunt u duiken met standaard bodemtijdfuncties.
OPMERKING: Na een duik in de dieptemetermodus, kan het toestel 24 uur alleen worden gebruikt in de
dieptemeter- of vrijduikmodus.
Apnea: Met deze modus kunt u vrij duiken met specifieke gegevens voor vrijduiken. In deze modus worden
gegevens vaker vernieuwd.
Apnea Hunt: Vergelijkbaar met de duikmodus Apnea, maar afgestemd op speervissers. In deze modus worden
vereenvoudigde duikgegevens weergegeven en worden start- en stoptonen uitgeschakeld.

De zwembadduikmodus gebruiken

Als het toestel in de zwembadduikmodus staat, functioneren de functies weefselbelasting en
decompressievergrendeling zoals gewoonlijk, maar worden duiken niet opgeslagen in het duiklogboek.
1 Houd LIGHT ingedrukt om het bedieningsmenu weer te geven.
2 Selecteer
.
De zwembadduikmodus wordt om middernacht automatisch uitgeschakeld.
Duiken
5

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave