De frontairbags aan bestuurders- en passagierszijde
en de knie-airbag aan bestuurderszijde zijn
WEGWIJS IN UW
ontworpen voor een optimale bescherming van de
AUTO
inzittenden voor met omgelegde veiligheidsgordels.
Als de airbags volledig opgeblazen zijn, vullen zij
het grootste deel van de ruimte tussen het stuurwiel
VEILIGHEID
en de bestuurder, tussen de onderste bescherming
van de stuurkolom en de knieën van de bestuurder
en het dashboard en de voorpassagier.
Bij lichte frontale aanrijdingen (waarbij de werking
STARTEN EN RIJDEN
van de veiligheidsgordel voldoende is) worden de
airbags niet geactiveerd. Daarom moeten de
veiligheidsgordels altijd worden gedragen; ook omdat
ze bij frontale aanrijdingen er altijd voor zorgen dat
LAMPJES EN
de inzittende in de juiste stand wordt gehouden.
BERICHTEN
Frontairbag bestuurderszijde
Deze bestaat uit een opblaasbaar kussen dat in een
NOODGEVALLEN
daarvoor bestemde ruimte in het midden van het
stuurwiel is geplaatst. fig. 88.
Frontairbag passagierszijde
ONDERHOUD EN
ZORG
Deze bestaat uit een opblaasbaar kussen met een
groter volume dan dat aan bestuurderszijde. fig. 89.
Het kussen is in een daarvoor bestemde ruimte in
TECHNISCHE
het dashboard geplaatst.
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
98
fig. 88
fig. 89
F0S0085
F0S0086