Als u de contactsleutel in stand MAR
WEGWIJS IN UW
draait en het lampje
AUTO
of het gaat branden of knipperen tijdens
het rijden (op enkele uitvoeringen verschijnt ook
een bericht op het multifunctionele display),
wendt u dan zo snel mogelijk tot het Fiat
VEILIGHEID
Servicenetwerk. De werking van het lampje
kan met speciale apparatuur door de
verkeerspolitie gecontroleerd worden. Houdt u
aan de wetgeving van het land waarin u rijdt.
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
68
ELEKTRISCHE
STUURBEKRACHTIGING
gaat niet branden
"DUALDRIVE"
(indien aanwezig)
Enkele uitvoeringen zijn uitgerust met de elektrische
stuurbekrachtiging "Dualdrive". De elektrische
stuurbekrachtiging werkt alleen als de contactsleutel
in de stand MAR fig. 66 staat en de motor draait.
Met het systeem kan de bestuurder de hulpkracht
voor het verdraaien van het stuur aanpassen aan de
rijomstandigheden.
BELANGRIJK Als de contactsleutel snel wordt
gedraaid, kan de volledige werking van de
stuurbekrachtiging na 1-2 seconden worden bereikt.
Bij de uitvoeringen 1.4 16V is de bedieningsknop
voor het inschakelen van de elektrische
stuurbekrachtiging Dualdrive vervangen door de
bedieningsknop voor het inschakelen van de SPORT-
of ECO-functie (zie de paragraaf
"Bedieningsknoppen" in dit hoofdstuk).
IN-/UITSCHAKELEN CITYFUNCTIE
Druk voor het in-/uitschakelen van de functie op de
knop A fig. 66.
Als deze functie wordt ingeschakeld, gaat het
CITY-lampje op het instrumentenpaneel branden.
Met ingeschakelde CITY-functie draait het stuur heel
licht, waardoor makkelijker kan worden geparkeerd:
deze instelling van de stuurbekrachtiging is dus
zeer geschikt voor het rijden in de stad.