RUITENSPROEIERVLOEISTOF
WEGWIJS IN UW
Verwijder voor het bijvullen van de vloeistof de dop
AUTO
D (zie vorige pagina's), m.b.v. het lipje.
Gebruik een mengsel van water en TUTELA
PROFESSIONAL SC 35, in de volgende
VEILIGHEID
mengverhouding:
30% TUTELA PROFESSIONAL SC 35 en 70% water
in de zomer.
50% TUTELA PROFESSIONAL SC35 en 50% water
STARTEN EN RIJDEN
in de winter.
Bij temperaturen onder - 20°C TUTELA
PROFESSIONAL SC35 onverdund gebruiken.
LAMPJES EN
Controleer het niveau van de vloeistof in het
BERICHTEN
reservoir op het oog.
Sluit de dop D door op het midden van de dop te
drukken.
NOODGEVALLEN
Rijd niet met een leeg
ONDERHOUD EN
ruitensproeierreservoir: de
ZORG
ruitensproeiers zijn van fundamenteel belang
voor een optimaal zicht. Enkele in de handel
verkrijgbare ruitensproeiervloeistoffen zijn
TECHNISCHE
ontvlambaar. In de motorruimte bevinden zich
GEGEVENS
warme onderdelen die bij contact de vloeistof
kunnen doen ontbranden.
ALFABETISCH
REGISTER
170
BELANGRIJK
REMVLOEISTOF
Draai de dop E los (zie vorige pagina's): controleer of
het remvloeistofniveau op het maximumniveau staat.
Het niveau in het reservoir mag nooit het
MAX-merkteken overschrijden.
Als vloeistof moet worden bijgevuld, dan raden wij u
aan de remvloeistof te gebruiken die vermeld staat
in de tabel "Vloeistoffen en smeermiddelen" (zie
hoofdstuk "Technische gegevens")
Opmerking Maak de dop van het reservoir E en
het omringende oppervlak zorgvuldig schoon.
Wees bij het openen van de dop bijzonder
voorzichtig zodat er geen vuil in het reservoir komt.
Gebruik voor het bijvullen altijd een trechter met
een ingebouwde filterzeef van maximaal 0,12 mm.
BELANGRIJK De remvloeistof is hygroscopisch
(trekt water aan). Als de auto overwegend wordt
gebruikt in gebieden met een hoge luchtvochtigheid,
dan moet de vloeistof vaker worden vervangen
dan in het "Onderhoudsschema" staat aangegeven.
Voorkom contact tussen de zeer corrosieve
remvloeistof en de lak. Als remvloeistof
wordt gemorst, moet de lak onmiddellijk
met water worden afgespoeld.