Enkel-naalds behandeling
4.
Open het deksel van de bloedpomp ④ en breng de multiconnector van
arteriële lijn in de bloedpomp.
5.
Sluit de deksel van de bloedpomp.
6.
Sluit de arteriële (rode) bloedlijn aan op de linker-/onderkant van de
kunstnier ③ .
Controleer daarbij kleurcodering: kunstnierkoppeling en bloedlijnconnector
moeten dezelfde kleur hebben bij hetzelfde kunstnier uiteinde.
7.
Indien aanwezig opent u de kap van de hematocriet (HCT) sensor ⑩ en
breng de arteriële bloedlijn in.
8.
Sluit het deksel van de HCT-sensor. Controleer of het deksel goed
gesloten is.
WAARSCHUWING!
Risico voor de patiënt vanwege arteriële luchtinfusie!
•
Zorg dat arteriële bloedlijn wordt ingebracht in arteriële lijnklem (SAKA).
9.
Duw arteriële bloedlijn door SAKA ⑫ .
10. Bevestig de arteriële patiëntaansluiting van de bloedlijn op de buishouder
aan de linkerkant van de machinebehuizing.
11. Duw de veneuze kamer ⑨ in de bevestiging.
LET OP!
Schuif de kamer niet van boven in de bevestiging omdat de houder dan kan
breken!
12. Verbind een veneuze (blauwe) bloedlijn met het rechter-/boveneind van
de kunstnier ③ .
13. Open deksel van veiligheidsluchtdetector (SAD) ⑪ .
WAARSCHUWING!
Risico voor de patiënt vanwege luchtinfusie!
Gebruik van echografie-gel voor het inbrengen van de bloedlijn of een
bloedstolsel
in
de
bloedlijn
veiligheidsluchtdetector (SAD) veroorzaken.
•
Gebruik geen echografie-gel om het inbrengen van de bloedlijn in de
SAD te vergemakkelijken.
•
Voorkom stolling in de bloedlijnen en de kunstnier tijdens behandeling.
14. Steek de veneuze bloedlijnen in de SAD.
15. Sluit de kap van de SAD.
16. Duw veneuze bloedlijn door veneuze lijnklem (SAKV) ⑬ .
17. Sluit de drukmetingslijnen aan op de druksensoren PA ⑤ , PV ⑥ , PBE ⑦ .
18. Controleer of de drukmetingslijnen niet knikken en stevig vastgeschroefd
zijn.
19. Plaats bloedlijnen in bevestigingen op de voorkant van de extracorporale
bloedbehandelingsmodule.
IFU 38910517NL / Rev. 1.04.01 / 04.2020
zal
een
onjuiste
werking
Dialog iQ
9
van
de
223