Radar
De scheepsradar zendt microgolfenergie uit, die een gevaar kan vormen voor mens en dier. Controleer, vóór de radar
wordt ingeschakeld, of de directe omgeving vrij is. De radarbundel bestrijkt een gebied van ca. 12° boven en onder de
horizontale lijn vanuit het midden van de radar. Kijk niet direct in de radarbundel; de ogen zijn namelijk het gevoeligste
deel van het lichaam.
Wanneer u de kaartplotter aansluit op een optionele Garmin-radar, bijvoorbeeld een GMR
kunt u meer informatie weergeven over uw omgeving.
De GRM zendt tijdens het ronddraaien in een patroon van 360° een smalle bundel microgolfenergie uit. Wanneer die
energiebundel op een object stuit, kaatst een deel van de energie terug naar de radar.
Radiosignalen uitzenden
1. Schakel de kaartplotter uit en sluit de radar aan zoals beschreven in de installatie-instructies van de radar.
2. Schakel de kaartplotter in.
De radar warmt op en een aftelsignaal maakt u erop attent wanneer de radar gereed is.
OPMerKINg: om veiligheidsredenen gaat de radar na het opwarmen in de stand-bymodus. Dat geeft u de
gelegenheid om te controleren of de omgeving van de radar vrij is, voordat u met de radartransmissie begint.
3. Selecteer radar in het startscherm.
4. Selecteer Kruisvaart, Haven, Buitengaats of Wachtpost.
Tijdens het opstarten van de radar wordt er een aftelbericht weergegeven, waarna wordt gemeld dat de radar kan
gaan zenden.
5. Selecteer Zenden.
Gedurende enkele seconden verschijnt een "indraai"-bericht, waarna de radar een beeld begint op te bouwen.
Het uitzenden van radarsignalen stopzetten
Selecteer in het radarscherm Naar stand-by.
Radarsignalen vanuit een willekeurig scherm verzenden
1. Druk op en laat de knop weer los om het scherm weer te geven.
2. Voer een van onderstaande handelingen uit:
• Selecteer radar zenden.
• Selecteer radar in stand-by.
De zoomschaal op het radarscherm aanpassen
De zoomschaal (ook radarbereik genoemd) geeft de afstand van uw positie (het midden) tot aan de buitenste rand van de
cirkel weer. Elke ring vertegenwoordigt een gelijk deel van de zoomschaal. Als bijvoorbeeld de zoomschaal is ingesteld
op drie kilometer, is elke ring gelijk aan één kilometer verder uit het midden.
Tik op
en
om uit en in te zoomen.
54
Radar
WAARSCHUWING
404/406 of GMR 18/24,
™
GPSMAP 700-serie - gebruikershandleiding