● Selecteer de te wijzigen snel‐
heidsinstelling.
● Voer de nieuwe snelheidswaarde
in via het toetsenblok en bevestig
deze met A/OK.
● Bevestig nogmaals met A/OK
om het menu af te sluiten.
Instellingen van de auto.
_ indrukken.
Selecteer Instellingen van de auto..
In de bijbehorende submenu's kunt u
de volgende instellingen veranderen:
● Parkeren
Blokkering inklappen
buitenspiegels: Activeert of deac‐
tiveert het automatisch uit-/
inklappen van de buitenspiegels.
Ruitenwisser achter bij
inschakelen achteruit: Activeert
of deactiveert automatische
inschakeling achterruitwisser bij
inschakelen achteruitversnelling.
● Verlichting
Follow me home-verlichting: Acti‐
veert of deactiveert de functie en
past de duur aan.
Instrumenten en bedieningsorganen
Instapverlichting: Activeert of
deactiveert de functie en past de
duur aan.
Bochtverlichting: Activeert of
deactiveert de bochtverlichting.
● Comfort
Sfeerverlichting: Past de helder‐
heid van de sfeerverlichting aan.
● Beveiliging
Herkenning/advies
snelheidslimiet: Activeert of
deactiveert de snelheidslimietin‐
formatie middels verkeersbord‐
herkenning.
Active safety brake: Activeert of
deactiveert de actieve noodrem,
de waarschuwingsafstand voor
een dreigende botsing kan
worden geselecteerd.
Buitensp. afstellen bij
inschakelen achteruit: Past de
buitenspiegels aan bij inschake‐
ling van de achteruitversnelling
voor een beter zicht op het trot‐
toir.
Driver Alert: Activeert of deacti‐
veert de vermoeidheidsdetectie.
Multimedia Navi
Druk op : om het menu Instellingen
te openen.
Eenheidsinstellingen
Selecteer Systeemparam. in het
menu Opties.
Verander de eenheden voor Afstand
en verbruik en Temperatuur.
Bevestig met A/OK.
Taalinstellingen
Selecteer Talen.
Wijzig de taal door de optie van uw
keuze aan te raken.
Bevestig met A/OK.
129