50
5.10.2. De injector en de afstandsbediening
De afstandsbediening is ontworpen om continu statusinformatie met betrekking tot de injector te geven en om de
bediener volledige controle over de injector te geven
injector met enkele of dubbele spuit, toont de afstandsbediening de parameters en bedieningselementen die op het
desbetreffende model van toepassing zijn.
5.10.3. In- en uitschakelen van het systeem
De afstandsbediening wordt ingeschakeld door de aan-/uitschakelaar in te drukken. Deze staat afgebeeld in
paragraaf 5.10.1.
Sluit
een
voedingskabel
afstandsbediening en houd de aan-/uitknop
ingedrukt totdat de afstandsbediening opstart.
Controleer of het aan-/uitlampje knippert.
Zorg dat de afstandsbediening aangesloten blijft
op de voeding als deze in bedrijf is.
Het eerste scherm dat wordt weergegeven is het
scherm
Injectorregelaar,
injectieparameters kunnen worden ingesteld en
de injectie kan worden gestart.
Houd de knop Stand-by lang ingedrukt om de
afstandsbediening uit te schakelen.
Houd de knop Opnieuw starten lang ingedrukt.
4
Er is één uitzondering, tijdens het vullen. Zie paragraaf 5.10.5.
4
. Wanneer de afstandsbediening is aangesloten op een
aan
op
de
waar
de
MEDRAD
®
Salient Bedieningshandleiding