Bediening van de veldspuit
Volg de aanbevelingen van de producent van het gewasbeschermingsmiddel op met betrekking tot:
• persoonlijke beschermingsmiddelen
• waarschuwingen over blootstelling aan gewasbeschermingsproducten
• regels over dosering, toediening en reiniging
Bij blootstelling aan gewasbeschermingsmiddelen:
• Draag de persoonlijke beschermingsmiddelen - deze kunnen verschillen per toegediend bestrijdingsmiddel.
• Na het spuitwerk dient u zich te wassen en andere kleding aan te trekken.
• Reinig gereedschap als dit verontreinigd is.
Zorg dat u op de hoogte bent van de landelijke regels omtrent gewasbescherming.
Houd slangen, buizen en andere leidingen afgesloten als deze onder druk staan.
Vergeet niet om na gebruik van de TurboFiller alle kranen daarvan te sluiten/deactiveren.
Gebruik bij vervanging uitsluitend originele HARDI slangen en slangklemmen, die voldoen aan de chemische, mechanische
en thermische vereisten.
De tank niet verder vullen dan het maximum vulniveau. Overbevulling kan uitval van bepaalde spuitfuncties veroorzaken.
De extra ruimte in de tank is nodig om schuimvorming mogelijk te maken.
Vervang bij trekkers met ventilators de luchtfilters door actieve koolstoffilters.
Raadpleeg de informatie over de verenigbaarheid van gewasbeschermingsmiddelen en stoffen voor de veldspuit.
Houd in gedachten dat sommige gewasbeschermingsproducten als ze worden gemengd, de neiging tot samenklontering
of bezinking hebben.
Vul de tank niet met water uit oppervlaktewater dat toegankelijk is voor het publiek. Eventuele vervuiling kan gevaar
opleveren voor mens, dier en milieu.
Vul de veldspuit uitsluitend met leidingwater of water uit een externe watertank.
Bescherming van het milieu
Het is van essentieel belang om de milieu-invloed van gewasbeschermingsmiddelen tot een minimum te beperken. Dit
geldt met name voor de bodem, grondwater, stromen, beken, en flora en fauna. Om vervuiling van het grondwater te
voorkomen is het daarom van groot belang om uiterst voorzichtig te zijn bij het vullen, reinigen en parkeren van de
veldspuit.
Als geconcentreerde chemicaliën worden gemorst, moet de vervuilde grond worden verwijderd en worden gereinigd door
een gespecialiseerd bedrijf. Volg de lokale wetgeving met betrekking tot verwijdering. Dit moet worden gedaan om te
voorkomen dat chemicaliën in de grond weglekken. Voorkom morsen - gebruik de vulinrichting om de chemicaliën in de
tank te brengen.
Doe de tank niet te vol. Het maximum vulniveau staat met grote gedrukte cijfers op de buitenkant van de tank aangegeven.
Bij overbevulling kan spuitvloeistof uit de tank lekken en bodemverontreiniging veroorzaken.
Alvorens de spuit te vullen moet deze eerst worden gekalibreerd om een nauwkeurige toediening van het geselecteerde
middel te verzekeren. Belangrijke input-sensors zijn de doorstroommeter, de druksensor en de snelheidssensor.
Als de spuit altijd op dezelfde plek op het bedrijf wordt gevuld of gereinigd, is het verstandig een goede vul- en
reinigingsplaats te hebben met een harde en ondoordringbare ondergrond met een afvoer naar een tank. Als er geen
was/vul-plaats aanwezig is, zijn de volgende voorzorgsmaatregelen nodig:
• de veldspuit alleen vullen met schoon water op het bedrijf.
• de gewasbeschermingsmiddelen toevoegen en mengen in het te bespuiten perceel.
• steeds een andere locatie kiezen om te vullen.
2 – Algemene aanwijzingen voor de veiligheid
39